DROPS Karisma
DROPS Karisma
100% wol
vanaf 2.65 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 34.45€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 83-5
Maten: S - M - L - XL - XXL
Afmetingen:
Bovenwijdte: 92-100-108-118-126 cm
Zoom: 82-90-100-110-118 cm

Materialen: DROPS KARISMA SUPERWASH van Garnstudio,
450-500-550-600-650 gr nr. 05, zwart
50 gr van de volgende kleuren:
01 naturel, 16 donkergrijs, 78 koraal en 55 Lichtbruine heide.

DROPS breinaalden en DROPS rondbreinld 3 mm en 4 mm, of de maat die nodig is voor de juiste steekverhouding.
12 DROPS Zilveren knopen, nr. 534

SHAWL
Afmetingen: ca. 18 x 150 cm
Materialen: DROPS SNOW van Garnstudio,
150 gr nr. 14, antraciet

DROPS breinaalden 12 mm, of de maat voor de juiste steekverhouding.

MUTS
Een maat
Materialen: DROPS SNOW van Garnstudio,
100 gr nr. 14, antraciet

DROPS haaknld 7 mm, of de maat voor de juiste steekverhouding.

LET OP! De vernieuwde DROPS Karisma heeft een kortere looplengte: 100 meter i.p.v. 110 meter.
U heeft voor dit patroon dus 10% meer garen nodig dan aangegeven staat. Bereken eventueel 1 of 2 bollen extra.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Karisma
DROPS Karisma
100% wol
vanaf 2.65 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 34.45€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

TRUI:

Steekverhouding: 21 st x 28 nld op breinld 4 in tricotst = 10 x 10 cm.

Boordsteek: * 4 r, 4 av *, herhaal van * - *.

Patroon: Zie de teltekeningen M.1 en M.2. Het patroon wordt geheel in tricotst gebreid.

Voor- en achterpand: Zet 176-192-208-232-248 st op met rondbreinld 3 en zwart. Brei 3 nld tricotst en brei verder in boordsteek – zie de instructies hierboven. Wissel bij een hoogte van 5 cm naar breinld 4, brei 2 nld ribbelst en vervolgens verder in tricotst en pas de st op de 1e nld aan naar een aantal van 172-190-210-232-248 st. Plaats een merkdraad aan weerskanten. Meerder bij een hoogte van 6-6-8-8-8 cm 5-5-4-4-4 x 1 st aan weerskanten van de merkdraad op elke 5-5-6-6-6 cm = 192-210-226-248-264 st. Kant bij een hoogte van 32-33-34-35-36 cm aan weerskanten 10 st af voor de armsgaten (5 st aan weerszijden van de merkdraden) = 86-95-103-114-122 st voor- en achterpand. Leg het werk terzijde en brei de mouwen.

Rechtermouw: Zet 66-66-75-75-75 st op met nld 3 en zwart en brei 3 nld tricotst (1e nld = verkeerde kant). Brei verder in boordsteek als volgt: 4 ribbelst (= kantst alle nld r), * 4 r, 5 av *, herhaal van * - * en eindig met 4 r (= kantst alle nld r). Minder op de volgende nld alle 5 av naar 4 av = 60-60-68-68-68 st. Plaats als de boord een hoogte heeft van 18 cm een merkdraad na 30-30-34-34-34 st and en rijg de st even op een draad.
Leg de mouwboord in het rond –leg de 4 ribbelst op de 4 ribbelst van de andere kant links over rechts. Verdeel de st over 4 sokkenbreinld 4 en begin de nld bij de merkdraad.
Brei nog 4 nld Boordsteek maar brei de 4 st boven de mouwsplit av samen (= 4 st). Brei vervolgens 2 nld ribbelst over alle st en ga verder in tricotst.
Meerder na de 1e nld tricotst 11-13-11-14-16 x 1 st aan weerskanten van de merkdraad:
Maat S + L: afwisselend op de 5e en 6e nld
Maat M: op elke 5e nld
Maat XL: elke 4e nld
Maat XXL: afwisselend elke 3e en 4e nld
= 78-82-86-92-96 st. Kant bij een hoogte van 44-44-44-43-43 cm de 5 st aan weerskanten van de merkdraad af = 68-72-76-82-86 st. Zet de st op een hulpdraad en brei de andere mouw en laat de manchet links over rechts overlappen.

Pas: Zet de mouwen op dezelfde naald als het voor- en achterpand boven de afgekante st van de armsgaten = 308-334-358-392-416 st. Plaats een merkdraad tussen iedere overgang van mouw naar pand = 4 merkdraden. Brei 1-0-2-1-2 nld tricotst voor het begin van de minderingen voor de raglan.
Minder voor de merkdraad als volgt: 2 r samenbreien.
Minder na de merkdraad: 1 overhaling (1 r afh, 1 r, afgehaalde st overhalen).
Minder elke 2e nld 9-11-11-13-14 keer = 236-246-270-288-304 st. Brei 1 nld met zwart en minder gelijkmatig verdeeld over de nld naar 231-242-264-286-297 st, brei en minder hierna verder volgens M.1. Na de laatste mindering staan er 126-132-144-156-162 st op de nld. Voltooi M.1. Brei dan 1 nld met zwart en minder gelijkmatig verdeeld over deze nld naar 90-90-90-96-96 st (deelbaar door 6).
Halsboord: Brei verder met sokkennld 3 en brei M.2 één keer in de hoogte (het halsboord is dan ca 5 cm hoog)). Brei verder met roze en brei 1 nld en brei de volgende nld als volgt: * 2 r samen, 1 omsl *, herhaal van * - * (= vouwlijn). Brei door tot een hoogte van 5 cm vanaf de vouwlijn, brei nog 2 nld met zwart en kant af. Vouw het halsboord naar binnen en zet hem losjes vast.

Afwerking: Naai de opening onder de mouwen dicht. Naai de overlap van de mouwboorden op de verkeerde kant op elkaar. Naai 6 knopen langs elke manchet ter decoratie (door beide lagen).




SHAWL:

Steekverhouding: 7 st in patroon = ca. 10 cm breed.

Ajourpatroon:
Nld 1 (= verkeerde kant): 1 r (= kantst, op alle nld r), * 1 r, 1 omsl, 1 av afh*, herhaal van * - * tot de laatste 2 st en eindig met 2 r.
Nld 2 (= goede kant): 1 r (kantst), * 1 omsl, 1 av afh, brei de volgende st en de omsl van de vorige nld samen *, herhaal van * - * tot de laatste 2 st en eindig met 1 omsl, 1 st av afh en 1 r.
Nld 3 (= verkeerde kant): 1 r (kantst), * brei de volgende st en de omsl van de vorige nld samen, 1 omsl, 1 av afh *, herhaal van * - * and eindig met 1 r samen met de omsl van de vorige nld, 1 r.
Herhaal nld 2 and 3.

Shawl: Zet losjes 13 st op en brei het ajourpatroon volgens de bovenstaande instructies. Kant af bij een lengte van ca 150 cm.




MUTS:

Steekverhouding: 9 st x 6.5 tr = 10 x 10 cm.

Haaktips: de 1e st van elke nld wordt vervangen door 3 l. Eindig elke tr met 1 hv in de 3e l van het begin van de tr.

Muts: Haak 5 l en sluit die met een hv tot een ring.
1e tr: 12 st in de ring.
2e tr: 2 st in elke st = 24 st
3e tr: * 1 st in 1e st, 2 st in het volgende st *, herhaal * - * over de hele tr = 36 st
4e tr: * 1 st in de 1e 2 st, 2 st in het volgende st *, herhaal van * - * = 48 st.
Het werk meet ca. 14 cm in doorsnede.
Haak nog 7 tr st zonder te meerderen. Hecht af.

Telpatroon

symbols = zwart
symbols = antraciet
symbols = lichtbruin
symbols = koraal
symbols = naturel
symbols = 2 st r samenbreien.
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 83-5

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (40)

country flag Unni Hellerud wrote:

Hei! Stemmer det at det skal felles for raglan 11 ganger (M) før mønsteret begynner, eller skal mønsteret begynne etter første raglanfelling?

07.01.2018 - 20:27

DROPS Design answered:

Hei Unni. Ja det stemmer, du skal først felle 11 ganger raglan, før du begynner med mønstret (da begynner du på rundfelling slik diagrammet viser). God Fornøyelse!

11.01.2018 - 13:17

country flag Gina Van Der Meer wrote:

Ik brei maat S. Als ik negen keer de raglantechniek heb toegepast en overga naar het breien op patroon, hoef ik dan bij de markeerders niet meer de raglanminderingen voort te zetten?

01.01.2017 - 21:32

DROPS Design answered:

Hoi Gina. Nee, dan brei je door volgens het patroon en hier zijn ook minderingen in de hoogte

10.01.2017 - 14:11

country flag Birgitte Dahl wrote:

Flot trøje. Skal jeg strikke de angivne omgange med raglan, før jeg begynder på mønsteret, eller skal jeg strikke raglan samtidig med mønsterborten?

12.08.2016 - 13:55

DROPS Design answered:

Hej Birgitte. Du strikker först de angivne omg med raglan. Herefter gaar du videre med mönster M.1 og her tages der ogsaa ind (se diagram.)

24.08.2016 - 12:59

country flag Liselotte Petersen wrote:

Starter mønsteret så snart man har samlet alle dele. Venligt Liselotte Petersen

10.06.2016 - 09:29

DROPS Design answered:

Hej Liselotte. Ja, du strikker först M.1 naar du er igang med baerestk

10.06.2016 - 10:35

country flag Anne Grethe wrote:

I opskriften står der ikke noget om, om mønstret skal starte ved en raglandindtagning bag på, eller midt bag?

08.09.2015 - 10:08

DROPS Design answered:

Du starter bare i den overgang mellem ärme og ryg/forstk hvor du har tråden. God fornöjelse!

08.09.2015 - 15:42

country flag Monika Koch wrote:

Hallo, wenn ich die Passe =Ärmel und Körperteil auf eine Nadel lege (Grosse L =358 Maschen) und für den Raglanaermel 11×4 Maschen abkette, komme ich nur auf 314 Maschen und nicht auf die von Ihnen angegebenen Maschen von 270 (Größe L). P.s. siehe in der Musterbeschreibung ab "Passe " ff Für Ihre Hilfe und Antwort vielen Dank. Mit freundlichem Gruß Monika

30.03.2015 - 21:01

DROPS Design answered:

Sie nehmen nicht 4 M pro Rd ab, sondern 8 M. An jedem Markierer nämlich 2 M, und Sie haben ja 4 Markierer. Sie nehmen vor und nach dem Markierer durch Zusammenstricken bzw. überzogenes Zusammenstricken ab. Dann passt das mit den M: 11 x 8 M abgenommen = 88 Abnahmen = 270 M.

31.03.2015 - 11:44

country flag Kramer wrote:

Het is mij niet geheel duidelijk bij de raglan. Je hebt totaal 334 st. en men moet 11 maal 4 maal steken minderen, maar dan blijven er volgens mij 290 steken over en geen 246 steken. Hoe los ik dit op

09.10.2014 - 17:12

DROPS Design answered:

U mindert voor en na de merkdraad op 4 punten. Dan mindert u per keer dus 8 steken. U begint met 334 steken, dan mindert u 11 x 8 = 88 st en houdt u 246 st over.

10.10.2014 - 09:09

country flag Marielle wrote:

Deze trui wordt echt véél te kort als je het patroon aanhoudt. Meet het maar eens na en brei hem gerust 10 cm langer tot aan de raglan. Ik kwam prima uit met de hoeveelheid garen trouwens.

22.06.2014 - 10:24

DROPS Design answered:

Hoi Marielle. Deze trui is 32 tot 36 cm tot aan het armsgat afhankelijk van maat - wat vrij normaal is voor een trui. Maar je mag natuurlijk altijd het model langer breien als het voor jou beter uitkomt. Veel plezier met de trui!

26.06.2014 - 16:19

country flag Monica wrote:

Salve, errore mio, mi correggo...non avevo visto il campione. Il mio campione e' di 16m per 10cm, quindi ho ricalcolato e sto iniziando il lavoro.. Grazie comunque della risposta

30.03.2014 - 17:07

country flag Monica wrote:

Salve, vorrei gentilmente sapere se le misure e le maglie da avviare, sono corrispondenti alle taglie italiane. perché ho realizzato il modello della foto (con ferri circolari 4,5 taglia 44 con 192 maglie avviate)e risulta almeno due taglie sopra.. grazie in anticipo della risposta.

28.03.2014 - 19:03

DROPS Design answered:

Buonasera Monica, se il suo campione corrisponde a quello indicato le misure del capo finito corrispondono allo schema in fondo al modello. Com'era il suo campione? Buon lavoro!

28.03.2014 - 20:51