Sand Diamond |
|||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||
Gebreide trui in DROPS Daisy of DROPS Merino Extra Fine. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan, V-hals, kantpatroon en ¾-lengte mouwen. Maten S - XXXL.
DROPS 248-6 |
|||||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht, aan zowel de goede als de verkeerde kant. 1 ribbel in de hoogte = brei 2 naalden recht. RIBBEL/RIBBELSTEEK (in de rondte gebreid): 1 ribbel = 2 naalden, dus brei 1 naald recht en 1 naald averecht. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.5. De telpatronen tonen alle naalden in het patroon aan de goede kant gezien. Zie telpatroon voor uw maat in A.1. RECHTER VOORBIES MET PUNNIKRAND: GOEDE KANT: Brei 9 ribbelsteken, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. VERKEERDE KANT: Haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht, 9 ribbelsteken. LINKER VOORBIES MET PUNNIKRAND: GOEDE KANT: Haal 1 steek averecht af met draad aan de voorkant, 1 recht, 9 ribbelsteken. VERKEERDE KANT: Brei 9 ribbelsteken, haal 1 steek averecht af met de draad aan de voorkant, 1 recht. RAGLAN: Meerder 1 steek door 1 omslag te maken, welke gedraaid wordt gebreid op de volgende naald. De nieuwe steken worden daarna in tricotsteek gebreid. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen): Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraadsteek als volgt: Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraadsteek, 2 recht samen, 1 recht (= markeerdraadsteek), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Het patroon gebruikt zowel lange als korte naalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig. Het werk begint heen en weer gebreid, van boven naar beneden. Als de V-hals klaar is, brei dan verder in de rondte met de rondbreinaald. Begin door 2 losse biezen te breien, zet dan de steken voor de halslijn op tussen de biezen en brei de pas heen en weer gebreid. Als de pas klaar is, verdeel dan het werk voor het lijf en de mouwen. Ga verder met het lijf in de rondte, terwijl de mouwen wachten. De mouwen worden daarna in de rondte gebreid. De biezen worden samen genaaid midden achter en dan aan de halslijn genaaid. RECHTER VOORBIES (als het kledingstuk gedragen wordt): Zet 11 steken op met rondbreinaald 4 mm. Brei RECHTER VOORBIES MET PUNNIKRAND – lees beschrijving hierboven, heen en weer gebreid voor 4 cm. Brei nu de eerste 2 steken aan de goede kant recht samen. Minder zo iedere 3 cm in totaal 5 keer = 6 voorbiessteken. Brei verder tot de voorbies 21-21-21-23-23-23 cm meet, eindig na een naald aan de verkeerde kant. Knip de draad af en laat het werk rusten. LINKER VOORBIES (als het kledingstuk gedragen wordt): Zet 11 steken op met rondbreinaald 4 mm. Brei LINKER VOORBIES MET PUNNIKRAND – lees beschrijving hierboven, heen en weer gebreid voor 4 cm. Brei nu de laatste 2 steken aan de goede kant recht samen. Minder zo iedere 3 cm in totaal 5 keer = 6 voorbiessteken. Brei verder tot de voorbies 21-21-21-23-23-23 cm meet, eindig na een naald aan de goede kant. Knip de draad niet af. Zet 99-99-99-113-113-113 steken op aan het einde van de naald, brei dan de 6 steken van de rechter voorbies = 111-111-111-125-125-125 steken. Brei 1 naald aan de verkeerde kant, brei de 99-99-99-113-113-113 opgezette steken averecht en brei de 6 voorbiessteken aan elke kant zoals hiervoor. INFORMATIE VOORDAT U VERDER GAAT: Het kantpatroon is nu op het voorpand gebreid, eerst volgens telpatroon A.1, dan A.2, A.3 en A.4. Het kantpatroon wordt nu op het achterpand gebreid volgens telpatronen A.2, A.3 en A.4. De meerderingen voor de V-hals en raglan zijn in de telpatronen getekend. Als A.2, A.3 en A.4 1 keer in de hoogte zijn gebreid, brei dan nog 1 herhaling van A.3 tussen A.2 en A.4. De mouwen worden in tricotsteek gebreid en gemeerderd zoals beschreven onder RAGLAN – lees beschrijving hierboven. De meerderingen komen aan de binnenkant van 2 tricotsteken aan elke kant van de mouwen en worden iedere 2e naald 4-3-2-11-7-6 keer gebreid, dan iedere 4e naald 10-13-13-12-14-17 keer = 14-16-15-23-21-23 meerderingen aan elke kant van elke mouw. PAS: DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei de eerste naald als volgt aan de goede kant: 6 voorbiessteken zoals hiervoor, A.1, brei 2 RIBBELSTEKEN – lees beschrijving hierboven (= linker voorpand), 2 recht, meerder 1 steek voor de RAGLAN - lees beschrijving hierboven, 20-20-20-22-22-22 tricotsteken, meerder 1 steek voor de raglan, 2 recht (= linker mouw), 2 ribbelsteken, A,2, A.3 over de volgende 20-20-20-30-30-30 steken, A.4, 2 ribbelsteken (= achterpand), 2 recht, meerder 1 steek voor de raglan, 20-20-20-22-22-22 tricotsteken, meerder 1 steek voor de raglan, 2 recht (= rechter mouw), 2 ribbelsteken, A.1, 6 voorbiessteken zoals hiervoor (= rechter voorpand). Er zijn 9 steken op elk voorpand, 26-26-26-28-28-28 steken op elke mouw (inclusief de omslagen en 2 tricotsteken aan elke kant) en 45-45-45-55-55-55 steken op het achterpand. Ga verder met dit patroon en meerder voor de raglan zoals beschreven hierboven. Als A.1 1 keer in de hoogte is gebreid, zijn er 39-39-39-49-49-49 steken op elk voorpand en 75-75-75-85-85-85 steken op het achterpand. Knip de draad af. Ga verder in de rondte over alle steken. Verplaats de benodigde steken naar de rechter naald, zonder ze te breien, tot het begin van de naald in de overgang tussen het achterpand en de rechter mouw (tussen 2 ribbelsteken en 2 rechte steken). Ga verder als volgt: Brei recht en meerder zoals hiervoor over de steken op de rechter mouw, brei 2 ribbelsteken, 1 omslag, brei de eerste 33-33-33-43-43-43 steken van het rechter voorpand, plaats de volgende 4 steken op een extra naald aan de voorkant van het werk (= alle steken van het rechter voorpand zijn nu of gebreid of op de extra naald gezet), brei de volgende 4 steken 2 aan 2 samen (= eerste 4 steken op het linker voorpand), breid de eerste 2 steken van de extra naald recht samen en brei de andere 2 steken recht (3 geminderde steken midden voor), brei de volgende 33-33-33-43-43-43 steken van het linker voorpand, maak 1 omslag, 2 ribbelsteken, brei en meerder zoals hiervoor over de linker mouw, 2 ribbelsteken, brei A.2, A.3 over de volgende 50-50-50-60-60-60 steken, A.4, brei 2 ribbelsteken. De eerste naald in A.2, A.3 en A.4 is op de voor- en achterpanden gebreid. Begin op naald 2 in de telpatronen A.2, A.3 en A.4 en brei in de rondte over alle steken als volgt: Brei recht en meerder zoals hiervoor over de steken op de rechter mouw, brei 2 RIBBELSTEKEN – lees uitleg hierboven, A.2, A.3 over de volgende 50-50-50-60-60-60 steken, A.4, 2 ribbelsteken, brei recht en meerder zoals hiervoor over de steken op de linker mouw, brei 2 ribbelsteken, A.2, A.3 over de volgende 50-50-50-60-60-60 steken, A.4, 2 ribbelsteken. Ga verder met dit patroon en meerderingen tot u 1-2-2-1-1-2 herhalingen van A.2, A.3 en A.4 over A.1 heeft gebreid. Er zijn nu 85-95-95-105-105-115 steken op het voorpand/achterpand en 52-56-54-72-68-72 steken op elke mouw, in totaal 274-302-298-354-346-374 steken. De pas meet ongeveer 23-27-27-32-32-36 cm vanaf de schouder. Maten M-L-XL-XXL en XXXL zijn klaar; ga naar VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN. MAAT S: Brei 1 herhaling in de hoogte zonder te meerderen als volgt: Brei recht over de rechter mouw, brei 2 ribbelsteken, A.3 over de volgende 70 steken, brei de eerste steek in A.3, 2 ribbelsteken, recht over de linker mouw, 2 ribbelsteken, A.3 over de volgende 70 steken, brei de eerste steek in A.3, 2 ribbelsteken. De pas meet ongeveer 27 cm vanaf de schouder. VERDELEN VOOR HET LIJF EN DE MOUWEN – ALLE MATEN: Plaats de eerste 52-56-54-72-68-72 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 15-15-25-15-25-25 steken op onder de mouw, brei 85-95-95-105-105-115 recht (voorpand), plaats de volgende 52-56-54-72-68-72 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 15-15-25-15-25-25 steken op onder de mouw, brei de laatste 85-95-95-105-105-115 steken recht (achterpand). LIJF: 200-220-240-240-260-280 steken. Begin met naald 14-2-2-2-2-2 in A.5 en ga verder met het patroon in de rondte tot het lijf 16-18-20-16-18-16 cm meet, eindig na een hele of halve herhaling van A.5 in de hoogte. Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht), meerder tegelijkertijd 42-42-48-48-48-58 steken verdeeld op naald 1 = 242-262-288-288-308-338 steken. Als de boordsteek 5-5-5-6-6-6 cm meet, kant dan af. De trui meet ongeveer 48-50-52-54-56-58 cm vanaf de schouder. MOUWEN: Plaats de 52-56-54-72-68-72 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op de rondbreinaald 4 mm en neem 1 steek op in elk van de 15-15-25-15-25-25 opgezette steken onder de mouw = 67-71-79-87-93-97 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in de middelste steek van de 15-15-25-15-25-25 steken onder de mouw – begin de naald vlak voor deze markeerdraadsteek. Brei in tricotsteek in de rondte. Als de mouw 3 cm meet vanaf de scheiding, minder dan onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN, herhaal dit minderen als de mouw 8-8-9-6-6-6 cm meet = 63-67-75-83-89-93 steken. Brei tot de mouw 15-16-17-12-13-10 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3 mm. Brei boordsteek (1 recht, 1 averecht), meerder tegelijkertijd 13-13-15-17-19-19 steken verdeeld op de naald 1 = 76-80-90-100-108-112 steken. Kant af als de boordsteek 5-5-5-6-6-6 cm meet. AFWERKING: Naai de biezen samen midden achter, naai dan de biezen aan de halslijn. |
|||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Opmerkingen / Vragen (37)
Sylvie Bérard wrote:
J’ai fait les deux bordures et monte les 99 m.; et les bords extérieurs sont avec le I cord ; c’est correct?
06.04.2024 - 20:59DROPS Design answered:
Bonjour Mme Bérard, tout à fait, ces bordures i-cord vont continuer le long de l'encolure V. Bon tricot!
08.04.2024 - 07:58Suleika Van Zweeden wrote:
Hallo, ik heb geen antwoord gekregen, op mijn vraag waarom ik 95 steken heb aan het rugpand ipv 85 bij XL. Als je het diagram aanhoudt meerder je toch tot 95 steken voorraad het achterpand? Ik heb die vraag bij nog iemand zien staan, maar dat was in het Duits waarvan ik het antwoord niet begreep..
06.04.2024 - 15:52DROPS Design answered:
Dag Suleika,
Nadat je de telpatronen 1 keer verticaal hebt gebreid, zijn er 55 steken op het achterpand. Brei deze steken + de telpatronen vervolgens nog 3 keer in de hoogte = 3 keer x 5 meerderingen aan elke kant = 30 steken in totaal gemeerderd meerderingen. Hiermee kom je op 85 steken in totaal.
07.04.2024 - 18:41Suleika Van Zweeden wrote:
Kunnen jullie het gedeelte van de pas verduidelijken van de 4 steken die op een extra naald aan de voorkant gezet moeten worden? Nadat je 43 ( XL) steken hebt gebreid van het rechtervoorpand. Ik heb op die plek 6 steken van de voorbies over en geen 4 en ik snap niet wat jullie bedoelen met een extra naald aan de voorkant? Ben geen beginnende breien, maar hier kom ik niet uit..
01.04.2024 - 20:14DROPS Design answered:
Dag Suleika,
Je zet 4 steken op een hulpnaald (je zou hiervoor ook een kabelnaad kunnen gebruiken. Dan brei je de volgende 4 steken 2 aan 2 samen. Dan pak je weer de steken van de hulpnaald of kabelnaad. Hiervan brei je je 2 steken samen en de andere 2 steken brei je recht.
03.04.2024 - 20:46Suleika Van Zweeden wrote:
Hoe kan het dat ik voor maat XL, na diagram A1 1 x te hebben gebreid, 95 steken voor het achterpand heb ipv 85. Je blijft A4, A3 en A2 toch herhalen gedurende het hele A1 diagram? Dus dan moet je A3 toch uitbreiden?
01.04.2024 - 18:05Sri wrote:
Hi , I am trying this jumper (Size M) and encountered a problem while knitting first round of yoke. Initially we have 6 on both sides + 99 = 111. there are 4 increases, with that we have 115. However in A2(10) and A4(11) including a yarn over at the end. If i do that I am left with 2 extra stiches. because for A2 (9 + 1 from YO) A4(10+YO) but initially we had 111. so 2 stiches are left extra. could you please help me how to handle A2 and A4 first row YO?
28.03.2024 - 19:21DROPS Design answered:
Dear Sri, there are 111 sts and you work diagrams increasing as shown in diagrams + increase on sleeves a total of 16 times (3 times on every 2nd row +13 times on every 4th row/round). On very first row you only increase on sleeve + in A.2 and in A.4, not in A.1 where increases for diagrams start with 3rd row (= you increase a total of 6 sts: 2 sts on each sleeve + 1 stitch on each A.2/A.4), then just continue increasing as shown in diagrams. Hope this can help and that I didn't misunderstand your question. Happy knitting!
02.04.2024 - 13:56Ksenya wrote:
Hello! I’m having a hard time picturing the structure of the sweater. I finished the right and left bands and did the 99 cast on stitches. But where does this neckline part of the sweater get joined? Which part eventually becomes the “v” part of the v neck - the center of those cast on stitches or the foundation stitches of the right and left bands? I watched the tutorial videos but it’s still confusing. Thank you!
26.03.2024 - 23:04DROPS Design answered:
Dear Ksenya, after you join the bands (wich will be later sewn together and sewn on to the neckine on the back), you continue to knit the bands' stitches with garter stitch and increase stitches to shape the V neck (and the raglans at the same time). After you inrease enough stitches to the V neckine, you join the two fronts. I hope this helps. Happy Knitting.
27.03.2024 - 10:05Camilla wrote:
Jag får inte bakstyckets maskantal att stämma. A2, A3 över de nästa 20 maskorna, A4 (11 maskor) Detta blir 31 maskor med ökningarna 2+2 är det 35 maskor o det borde vara 45?
22.03.2024 - 09:15DROPS Design answered:
Hej Camilla. Du stickar såhär: 2m rätstickning, A.2 (=10 m), 20 m A.3 (=A.3 x2), A.4 (=11 m), 2 m rätstickning. 2+10+20+11+2 = 45 m. Mvh DROPS Design
22.03.2024 - 09:56Romana Meißner wrote:
Guten Tag! Ich stricke Größe XL und komme bei der Passe beim Rückenteil bei den Zunahmen auf 10 Maschen mehr als in der Beschreibung angegeben. Es steht: Wenn A.2, A.3 und A.4 1 x in der Höhe gestrickt wurden, 1 Rapport mehr von A.3 zwischen A.2 und A.4 stricken. Wenn A.1 1 x in der Höhe gestrickt wurde, sind 39-39-39-49-49-49 Maschen pro Vorderteil und 75-75-75-85-85-85 Maschen für das Rückenteil vorhanden..Ich komme auf 95 Maschen! Grüße Romana Meißner
16.03.2024 - 13:36DROPS Design answered:
Liebe Frau Meißner, nach den Diagrammen 1 Mal in der Höhe gestrickt wurden, gab es 55 Maschen, dann stricken Sie diese +Diagramme noch 3 Mal in der Höhe = 3 Mal x 5 Zunahmen = 15 Zunahmen (und insgesamt 4 Mal 12 Reihen = 48 Reihen wie in A.1); und so hat man: 2 M. Krausrechts + 15 M A.2 + 50 M A.3 + 16 M A.3 + 2 M Krausrechts = 85 M. Viel Spaß beim Stricken!
18.03.2024 - 08:45Joelle TAN wrote:
Bon jour en lisant l'explication de ce model, que veut dire : AVEC I-CORD ? serait il possible de mettre en video la mise en place des bordure avec le dos et les devant ? merci
08.03.2024 - 11:42DROPS Design answered:
Bonjour Mme Tan, les 2 mailles I-cord des bordures des devants se tricotent comme on le montre dans cette vidéo en début/en fin de rang, pour la bordure d'encolure des devants. Bon tricot!
08.03.2024 - 13:39Jette Overgaard wrote:
I beskrivelsen af bærestykket passer maskeantallet ikke. I str. M har man 111 masker, men ifølge beskrivelsen bruger man kun 101 masker og har således 10 masker tilovers?
06.03.2024 - 09:12DROPS Design answered:
Hei Jette Når du skal starte på bærestykket har du 111 masker (str. M) og på første pinne strikker du slik: 6 stolpemasker, A.1 (=1 maske), 2 masker retstrik, 2 rett, Øk 1 maske til raglan, 20 masker glattstrikk, øk 1 maske til raglan, 2 rett, 2 masker retstrik, A,2 (=10 masker), A.3 over de neste 20 maskene, A.4 (=11 masker), 2 masker retstrik, 2 rett, øk 1 maske til raglan, 20 masker glattstrikk, øk 1 maske til raglan, 2 rett, 2 masker retstrik, A.1 (=1 maske), 6 stolpemasker som før. Bare med tall (og uten raglanøkning) = 6+1+2+2+20+2+2+10+20+11+2+2+20+2+2+1+6=111 masker, slik det står beskrevet i oppskriften. mvh DROPS Design
11.03.2024 - 09:36