DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.57 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 15.70€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 41-23
Maat: Small (Medium - Large)
De maten in het telpatroon de maten als u het werk licht oprekt. Door het boordsteekpatroon lijkt de gebreide trui smaller.

Materiaal: DROPS Safran
500 (550-600) gr. kleur nr. 44, natuurmix

DROPS rondbreinld 3 mm en 3.5 mm en breinld zonder knop 3.5 mm
Stekenverhouding: 23 st x 30 nld op nld 3.5 mm in tricotst = 10 x 10 cm of gebruik de maat breinld die u nodig heeft voor de juiste stekenverhouding.

DROPS knopen: 6 stuks

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.57 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 15.70€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Patroon: * 4 st recht, 4 st av *, herhaal van *-*.
Ribbelst: brei alle nld recht.

Lijf:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld van middenvoor naar middenvoor.
Zet 262 (278-294) st op (incl 2 kant st) met rondbreinld 3.5 mm en brei in patroon (zie boven) met 1 kant st aan iedere kant middenvoor. Denk om de stekenverhouding! Brei bij een hoogte van 21 (21-22) cm de volgende nld als volgt: 64 (68-72) st voorpand, kant 4 st af voor het armsgat, 126 (134-142) st achterpand, kant 4 st af voor het armsgat, 64 (68-72) st voorpand. Brei ieder deel nu apart verder.

Voorpand: = 64 (68-72) st. Ga verder en kant af voor de armsgaten om de nld: 1 (1-2) keer 3 st, 2 (2-2) keer 2 st en 1 keer 1 (2-3) st = 56 (59-59) st. Kant bij een hoogte van 29 (29-31) cm af voor de hals om de nld: 7 keer 2 st en dan elke 4e nld: 4 (5-5) keer 1 st. Kant af bij een hoogte van 46 (46-48) cm.

Achterpand: = 126 (134-142) st. Ga verder en kant af voor de armsgaten als op het voorpand = 110 (116-116) st. Kant bij een hoogte van 44 (44-46) cm de middelste 30 (32-32) st af voor de hals. Kant dan 2 st af aan iedere kant in de volgende nld voor de hals. Kant af bij een hoogte van 46 (46-48) cm.

Mouw:
De mouwen worden in de rondte gebreid op breinld zonder knop.
Zet 50 (50-50) st op met breinld zonder knop 3.5 mm en natuurmix en ga verder en brei in Patroon (zorg dat er 4 st recht midden bovenop de mouw komen). Meerder TEGELIJKERTIJD midden onder de arm: 33 (33-35) keer 2 st afwisselend elke 3e en 4e nld = 116 (116-120) st. Kant bij een hoogte van 44 (44-45) cm 6 st af midden onder de mouw en brei verder heen en weer op de nld. Ga verder en kant af voor de mouwkop aan elke kant op iedere naald: 9 keer 4 st, kant dan alle st af. Het werk meet ongeveer 51 (51-52) cm.

Afwerking:
Naai de schoudernaden samen. Neem ongeveer 84 st op (deelbaar door 8 st plus 4 st) langs het linker voorpand met rondbreinld 3 mm en natuurmix en brei 3 cm Patroon heen en weer op de nld. Herhaal langs het rechter middenvoor, maar maak 6 knoopsgaten na 1 cm gelijkmatig verdeeld over de nld - 1 knoopsgat = kant 3 st af en zet 3 nieuwe st op boven de afgekante st in de volgende nld. Neem ongeveer 110-120 st op rond de hals met rondbreinld 3 mm en natuurmix en brei 2 nld ribbelst heen en weer op de nld, kant dan alle st af. Naai de mouwen in het lijf en naai de knopen aan.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 41-23

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (34)

country flag Joana Dinis wrote:

In which part of the row I do a inc?

22.06.2019 - 18:01

DROPS Design answered:

Dear Joana, if you want to make this knitted flat on straight needles (instead of knitting the sleeves on the round on DPN's), you shoul increase one stitch at the beginning of the row (in the 2nd stitch) and at the end of the row (in the stitch before the last stitch). Happy Knitting!

23.06.2019 - 09:06

country flag Joana Dinis wrote:

So i will cast on 52 sts for the sleeves?

14.06.2019 - 14:33

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dinis, right, you will cast on 50 sts + 2 edge sts = 52 sts. Happy knitting!

17.06.2019 - 06:46

country flag Joana Dinis wrote:

What is the difference to Cast on 50 (50-50) sts on double pointed needles or cast on in normal needles?

14.06.2019 - 14:21

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dinis, when you work in the round there is no seam, when you work back and forth you will have to make a seam, so that you should add 2 sts to the number of sts to cast on (= 1 edge st on each side) for the seam allowance. Read more details here. Happy knitting!

14.06.2019 - 14:24

country flag Joana Dinis wrote:

Its possible to do the sleeves with a normal needle?

14.06.2019 - 14:09

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dinis, to adjust sleeves onto straight needles, please read here how to do. Happy knitting!

14.06.2019 - 14:15

country flag Joana Dinis wrote:

Ok i did it. now i have two parts on the needles. but this : Then cast off 2 sts on each side on next row to shape neckline. thank you so much for your patience.

11.06.2019 - 13:51

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dinis, now continue working the shoulder on one side (where the yarn ball is), ie turn and work next row (from armhole towards neck), turn and at the beginning of the row from neck, cast off the first 2 stitches. Continue now working to the finished length, cast off and cut the yarn. Join now the yarn to the other shoulder and work the same way, ie casting off the 2 sts at the beg of a row from neck towards armhole. Happy knitting!

11.06.2019 - 14:53

country flag Joana Dinis wrote:

Thank you but i know how to blind off. i dont know where i bind off. when you said bind off in the middle...this i dont understand.

09.06.2019 - 10:35

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dinis, you can first mark the middle 30-32 sts (see size) with a marker on either side of these stitches, then work to the first marker, bind off the next 30-32 sts (= to the 2nd marker) and work the remaining stitches on needle = you have now bound off for neck and the stitches on each side are for shoulders, turn and work now first shoulder as explained to the end, cut the yarn and join to finish the 2nd shoulder. Happy knitting!

11.06.2019 - 11:02

country flag Joana Dinis wrote:

Can you write me how i bind off middle 30 (32-32) sts to shape neckline??? thanks you

07.06.2019 - 00:01

DROPS Design answered:

Hi Joana, please see our two videos: FIRST and SECOND. Happy knitting!

07.06.2019 - 07:09

country flag Joana wrote:

Hello again. Can you explain this part for me please? When piece measures 44 (44-46) cm bind off middle 30 (32-32) sts to shape neckline. Then bind off 2 sts on each side on next row to shape neckline. Bind off when piece measures 46 (46-48) cm Thank you

02.06.2019 - 10:45

DROPS Design answered:

Hi Joanna, The middle stitches are the lowest part of the neckline at the back. Once they are bound off, each shoulder is continued separately. On the next row bind off 2 more stitches at the neck end of the row. Then continue working until the length measures 46 (46-48) cm, then bind off the remaining stitches for the shoulder. Do the same on the other side/shoulder. I hope this helps and happy knitting!

03.06.2019 - 08:44

country flag Joana Dinis wrote:

Thanks you!! when you said: continuing bind off for armhole like front piece = 110 (116-116) sts; it's this process: 3 sts 1 (1-2) times, 2 sts 2 (2-2) times, 1 st 1 (2-3) times = 56 (59-59) sts. ??? i need to repeat 2 times for the 2 parts right??? thank u

08.05.2019 - 10:23

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dinis, you cast off for the armhole on each front piece (= at the beg of WS row on right front piece / at the beg of RS row on left front piece): 3 sts 1 (1-2) times, 2 sts 2 (2-2) times, 1 st 1 (2-3) times = 56 (59-59) sts - For back piece, you will cast off the same way, but at the beg of every row = both from RS and from WS so that the armholes are shaped as on each front piece. Happy knitting!

08.05.2019 - 12:00

country flag Joana Dinis wrote:

Thank you. i understood. but my neck is not regular like on the pict. how do you do the blind off?

25.04.2019 - 12:50

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dinis, after you have finished pieces and seams, you will first pick up stitches for the front bands, then pick up 110-120 sts around the neckline and knit 2 rows for the neck edge = the neck will then sew much regular, ie as on the picture. Happy knitting!

25.04.2019 - 13:39