DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 21.90€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 149-33
DROPS design: Model nr. ee-460
Garengroep E
-----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS SNOW van Garnstudio
500-550-600-650-750-800 gr. kleur nr. 35, limoengroen

DROPS RONDBREINLD (50 en 80 cm) 10 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 9 st x 12 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS HOEKIGE BUFFELHOORNKNOOP NR. 538: 4 stuks.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 21.90€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

GERSTEKORREL:
Nld 1: * 1 st r, 1 st av *, herhaal van *-*.
Nld 2: recht boven av en av boven recht.
Herhaal 2e nld.

KNOOPSGATEN:
Maak knoopsgaten op de rechter voorbies aan de goede kant. 1 knoopsgat = brei de derde en vierde st vanaf middenvoor samen en maak 1 omsl. Maak knoopsgaten bij een hoogte van:
MAAT S: 12, 20, 28 en 36 cm
MAAT M: 13, 21, 29 en 37 cm
MAAT L: 14, 22, 30 en 38 cm
MAAT XL: 15, 23, 31 en 39 cm
MAAT XXL: 16, 24, 32 en 40 cm
MAAT XXXL: 17, 25, 33 en 41 cm

TIP VOOR HET MINDEREN (raglan):
Minder als volgt aan de goede kant:
Voor de markeerder:
Begin 3 st voor de markeerder: 2 st r samen, 1 st r (markeerder is na deze st).
Na de markeerder:
1 st r (markeerder is voor deze st), 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh.

Minder als volgt aan de verkeerde kant:
Voor de markeerder:
2 st av gedraaid samen, 1 st av (markeerder is na deze st).
Na de markeerder:
1 st av (markeerder is voor deze st), 2 st av samen.
----------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld van middenvoor naar middenvoor.
Zet 92-100-108-116-128-136 st op (incl. 6 voorbies st aan elke kant middenvoor) met rondbreinld 10 mm en Snow. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant, brei dan als volgt aan de goede kant: 6 st in GERSTEKORREL (= voorbies), boordsteek 1 st r/1 st av tot er 6 st over zijn, brei 6 st in gerstekorrel (= voorbies). Brei 1 nld aan de verkeerde kant op dezelfde manier. Ga verder in tricotst met 6 st in gerstekorrel aan elke kant. DENK OM DE STEKENVERHOUDING. Maak knoopsgaten op de rechter voorbies - zie uitleg boven. Brei bij een hoogte van 28-29-30-31-32-33 cm de volgende nld aan de verkeerde kant als volgt: brei 22-24-26-28-31-33 st (= linkervoorpand), kant 8 st af, brei 32-36-40-44-50-54 st (= achterpand), kant 8 st af en brei de overgebleven 22-24-26-28-31-33 st (= rechtervoorpand). Laat het werk rusten en brei de mouwen.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid.
Zet losjes 56-58-60-62-64-66 st op met rondbreinld 10 mm en Snow. Brei 4 nld in gerstekorrel, brei dan in tricotst. Kant bij een hoogte van 7 cm 8 st af aan het begin van de nld = 48-50-52-54-56-58 st. Laat het werk rusten en brei nog een mouw.

PAS:
Zet de mouwen op dezelfde rondbreinld als het lijf waar afgekant is voor de armsgaten = 172-184-196-208-224-236 st. Plaats 1 markeerder in alle overgangen tussen mouwen en lijf = 4 markeerders. LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT!
Ga verder in tricotst met 6 st in gerstekorrel aan elke kant. Begin nu met minderen voor de raglan - LEES TIP VOOR HET MINDEREN – er wordt verschillend geminderd op het lijf en de mouwen
OP DE MOUWEN: minder om de nld 17-17-17-17-18-18 keer, dan elke nld 3-4-5-6-6-7 keer (= 8 st over op de mouw).
OP HET LIJF: minder elke 6e nld 2-1-0-0-0-0 keer, dan elke 4e nld 7-9-8-8-6-4 keer, dan om de nld 0-0-4-5-10-14 keer (= 13-14-14-15-15-15 st over op elk voorpand en 14-16-16-18-18-18 st over op het achterpand).

Brei TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 36-37-38-39-40-41 cm 1 st van de tricotst mee in de voorbies, dus het aantal st in gerstekorrel wordt groter en het aantal st in tricotst op het voorpand wordt minder (het totale aantal st blijft dus gelijk), herhaal elke 9-6-7-5-5-6 cm 3-4-4-5-5-5 keer in totaal (= 9-10-10-11-11-11 st in gerstekorrel op de voorbies).

Als alle minderingen gemaakt zijn, staan er nog 56-60-60-64-64-64 st op de nld. Brei 1 nld aan de goede kant en minder 8-8-8-10-10-10 st gelijkmatig (minder niet over de voorbiezen) = 48-52-52-54-54-54 st. Brei na de laatste nld met minderingen 1 nld aan de verkeerde kant en zet TEGELIJKERTIJD de eerste 9-10-10-11-11-11 st op de nld op een hulpdraad (brei ze eerst), kant dan de volgende 30-32-32-32-32-32 st af en houd de laatste 9-10-10-11-11-11 st op de nld, keer het werk. Brei dan verkorte toeren voor de kraag over de st op de nld als volgt (ga verder in gerstekorrel): * brei 2 nld over de eerste 5-5-5-6-6-6 st middenvoor, brei 2 nld over alle st *, herhaal van *-* tot de kraag 17-18-18-18-18-18 cm meet vanaf het begin van de verkorte toeren (gemeten op het kortste deel naast de schouder) en kant dan alle st af. Zet de st van de hulpdraad aan de andere kant terug op de nld, brei 1 nld aan de goede kant, brei dan verkorte toeren op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de openingen onder de mouwen samen. Naai de kraag samen middenachter (naai met de zijkanten tegen elkaar) en naai langs de hals op het achterpand met nette, kleine st. Naai de knopen aan.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 149-33

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (43)

country flag Svenja wrote:

Was heißt denn möglicherweise? Wenn man nur 2 M pro Ärmel abnimmt ist es a: kein Raglan und b: bleiben 96 M über, das sind dann 36 M zu viel. Langsam hab ich schon keine Lust mehr auf die Jacke! Keine Ahnung was ich mit der Wolle machen soll. Man kann auch eingestehen wenn man einen Fehler macht. Oder stricken Sie doch einfach mal die Jacke nach der Anleitung. Am besten mit Video dann gestehe ich ja vielleicht einen Fehler ein.

19.08.2013 - 10:24

DROPS Design answered:

Liebe Svenja, "möglicherweise" heisst, das wir nicht ganz sicher sind, welche Stelle Sie missverstanden haben. Jedenfalls werden nach Anleitung nur 2 M pro Ärmel abgenommen: eine an der vorderen Raglankante und eine an der hinteren. Die andere Abnahme gehört zum Rumpfteil.

20.08.2013 - 09:41

country flag Svenja wrote:

OK, Gr. L: Pro Ärmel sind es 4 abnahmen (Raglan vorne/hinten) 4 + 4 = 8 M das ganze 17 X. 8 x 17 = 136 M. Noch Ärmel 5 x 8 = 40 M. 136 M (Ärmel) + 40 M (Ärmel) + 8 M (Rumpf) + 4 M (Rumpf) = 188 M gesamt

15.08.2013 - 08:45

DROPS Design answered:

Liebe Svenja, möglicherweise ist das der Überlegungsfehler: pro Ärmel sind es 2 Abnahmen, nicht 4.

19.08.2013 - 09:46

Ester wrote:

Svenja= Melanie???

14.08.2013 - 21:40

country flag Svenja wrote:

Das kann trotzdem nicht sein. Wenn ich mit 196 M starte und alle abnahmen zusammen rechne dann sind das 188 M. 196 M - 188 M = 8 M bleiben über nach allen abnahmen da fehlen 52 M. Bitte sagt mir was ich falsch mache?

14.08.2013 - 19:47

DROPS Design answered:

Liebe Svenja, schreiben Sie uns bitte kurz, wie Sie die Abnahmen zusammengerechnet haben, dann können wir es kontrollieren.

15.08.2013 - 07:40

country flag Svenja wrote:

Ok, habe die 8M je Ärmel vergessen. Aber 60M nach allen abn. geht nicht auf. Wenn es 14M je Vorderteil & 16M Rumpf seinen sollen dann müssen es 28M je Ärmel sein und nicht 8M. Es geht sonst einfach nicht auf. Was bedeutet das man 100M nach allen abn. hat. Das die Angaben zum Kragen gar nicht mehr passen. Ich komme auf (Gr.L) je Ärmel in jeder 2.R.10x abnehmen, dann in jeder R.2x abnehmen. Beim Rumpf gar keine Abnahme sind dann schon 16M. Wenn das so richtig ist wie stricke ich dann den Kragen?

14.08.2013 - 12:39

DROPS Design answered:

Siehe Antwort zu Ihrer ersten Frage: 16+14+14+8+8=60.

14.08.2013 - 18:26

country flag Svenja wrote:

Hallo, so hatte mir jetzt Nadeln gekauft. Aber die angaben der abnahmen können nicht stimmen. Auch die angaben zu den verbleibenden M stimmt nicht. Bei Größe L sollen nach allen abnahmen 44 M übrig bleiben. Dann steht weiter unten das es nach allen abnahmen 60 M sind. Ich bin gerade mal bei 8 M pro Blende bin aber nur noch eine M von der Raglanschrägung entfernt. Bitte schnell korrigieren! Da ich jetzt ja von vorne anfangen muss.

14.08.2013 - 08:31

DROPS Design answered:

Liebe Svenja, für Grösse L haben Sie 14+14 (Vorderteile)+16 (Rückenteil)+8+8 (beide Ärmel) = 60 M. Die Anleitung ist also korrekt. Die 44 M sind nur beim Rückenteil (aber bei Grösse XL nicht L!) vor den Raglanabnahmen.

14.08.2013 - 18:23

country flag Svenja wrote:

Hallo, diese tolle Jacke (die Wolle dafür bekomme ich Morgen) soll mit Nadel/-spiel Nr. 10 gestrickt werden. Ihr selber bietet aber gar kein Nadelspiel in Nr.10 an. Ich würde sie auch lieber mit Nr.8 Stricken, denn da hab ich ein Nadelspiel und Nadeln. Was sollte ich beachten wenn ich zwei Nr. kleiner Stricke (wenn das mit der Nr.10 in der Anleitung überhaupt stimmt)?

09.08.2013 - 11:33

DROPS Design answered:

Liebe Svenja, Sie haben Recht, das Nadelspiel ist momentan nicht im Sortiment, aber Sie können das Ärmelteil auch mit der Rundnadel stricken. Sie sollten die Jacke nicht einfach 2 Nadelstärken kleiner stricken. Es ist wichtig, dass die Maschenprobe stimmt.

10.08.2013 - 13:57

country flag Annie wrote:

Really nice, I want this!

26.06.2013 - 13:22

country flag BEDIER Marie wrote:

Un petit haut délicieux et joyeux. Très jolie forme. Bravo

21.06.2013 - 13:27

country flag Barbro wrote:

Måste sticka den här modellen. Mönster snabbt, tack!

19.06.2013 - 10:25