DROPS Bomull-Lin uni colour 53% katoen, 47% linnen |
3.10 € /50g |
Bestel |
Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Breiwebshop website
Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Breiwebshop website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
-------------------------------------------------------
Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger
-------------------------------------------------------
DROPS Bomull-Lin uni colour 53% katoen, 47% linnen 3.10 € /50g Bestel |
Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Breiwebshop website
Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Breiwebshop website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
Dit patroon is gecorrigeerd. Klik hier om de correcties te bekijken.
= recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant |
|
= 2 r samen |
|
= 1 r afh, 1 r, afgeh st overh |
|
= 1 r afh, 2 r samen, afgeh st overh |
|
= 1 omsl tussen 2 st |
Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.
Deze stap-voor-stap instructie kan tevens behulpzaam zijn:
Waarom is de stekenverhouding zo belangrijk?
De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.
De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.
De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.
Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet
Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt
Hoe weet ik hoeveel bollen ik nodig heb?
De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.
Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.
LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Wat zijn de garengroepen?
Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.
Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep
Hoe gebruik ik de garenvervanger?
Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).
Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.
Waarom staan er garens in de patronen die niet meer leverbaar zijn?
Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.
Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.
Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.
What size should I knit?
Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.
U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.
Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen
Waarom krijg ik de verkeerde stekenverhouding met de aangegeven naalddikte?
De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.
Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.
Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding
Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding
Waarom wordt het patroon van boven naar beneden gereid?
Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.
In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.
Hoe brei ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.
Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.
Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?
Hoe haak ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.
Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.
Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.
Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.
Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken
Hoe brei/haak je verschillende telpatronen tegelijkertijd op dezelfde naald/toer
Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.
De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest
Waarom zijn de mouwen korter in de grotere maten?
De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.
Waar op het kledingstuk wordt de lengte gemeten??
De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.
Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.
Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen
Wat is een herhaling?
Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.
Waarom begint het werk met meer lossen dan waarmee gehaakt wordt?
Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.
Waarom meerderen voor de boord als het werk van boven naar beneden gebreid wordt?
De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.
Waarom meerderen in de afkantrand?
Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.
Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen
Hoe meerder/minder je afwisselend op elke 3e en 4e naald/toer?
Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.
Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend
Hoe kan ik een vest in de rondte breien, in plaats van heen en weer?
Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.
Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen
Kan ik een trui heen en weer breien in plaats van in de rondte?
Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?
Waarom is het patroon een beetje anders dan wat ik op de foto zie?
Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.
Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!
Hoe verander ik een kledingstuk voor dames in eentje voor heren?
Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.
Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.
Hoe voorkom ik dat een harig kledingstuk gaat pillen of pluizen?
Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.
Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:
1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt
2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.
3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.
4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.
Waarom pilt mijn kledingstuk?
Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.
U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.
Lace Affair |
||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||
Gebreid DROPS vest met kantpatroon en sjaalkraag van "Bomull-Lin" of "Paris". Maat: S - XXXL.
DROPS 159-2 |
||||||||||||||||
RIBBELST (heen en weer gebreid): Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r. PATROON: Zie telpatroon A.1. Het telpatroon laat het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. TIP VOOR HET BREIEN: De steken van de voorbiezen zullen naar binnen omkrullen tijdens het breien, maar na de afwerking gaan ze plat liggen. TIP VOOR HET MEERDEREN: Meerder 1 st door 1 omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid (dus brei achter in de steek in plaats van voor in de steek) om gaatjes te voorkomen. ---------------------------------------------------------- LIJF: Wordt heen en weer op rondbreinld van middenvoor naar middenvoor. Zet losjes 185-201-211-235-251-265 st op met rondbreinld 4,5 mm en Bomull-Lin of Paris. Brei 2 ribbels in RIBBELST - zie uitleg boven. Ga verder met rondbreinld 5,5 mm, brei de volgende nld (= goede kant) als volgt: 2 st in tricotst, 1 av en tricotst over de volgende 26-28-27-27-26-24 st (= voorbies), brei A.1A (= 4 st), A.1B (= 6 st) 20-22-24-28-31-34 keer in totaal, A.1C (= 3 st), brei in tricotst over de volgende 26-28-27-27-26-24 st, 1 av en 2 st in tricotst (= voorbies). Ga zo verder - LEES TIP VOOR HET BREIEN EN DENK OM DE STEKENVERHOUDING. Plaats bij een hoogte van ongeveer 46-47-48-49-50-51 cm 2 markeerders; 54-58-60-67-71-75 st vanaf elke kant middenvoor om de zijkanten aan te geven (= 77-85-91-101-109-115 st tussen de markeerders voor het achterpand). Kant in de volgende nld 3-4-5-6-7-8 st af voor de armsgaten aan elke kant van beide markeerders (= 6-8-10-12-14-16 kant af st in elke kant). Splits nu het werk en brei elk deel apart verder. ACHTERPAND: = 71-77-81-89-95-99 st. Ga verder in patroon als hiervoor met 1 kant st in ribbelst aan elke kant tot het werk 60-62-64-66-68-70 cm meet. Kant dan de middelste 21-23-23-25-25-27 st af voor de hals en eindig elke schouder apart. Ga verder en minder 1 st in de volgende nld langs de hals = 24-26-28-31-34-35 st over op de schouder. Kant af bij een hoogte van 62-64-66-68-70-72 cm. LINKERVOORPAND: = 51-54-55-61-64-67 st. Brei 1 kant st in ribbelst langs het armsgat en ga verder in patroon als hiervoor en eindig met 26-27-27-27-27-24 st in tricotst, 1 av en 2 st in tricotst (= voorbies st) middenvoor tot het werk 62-64-66-68-70-72 cm meet. Kant aan het begin van de volgende nld aan de goede kant de eerste 24-26-28-31-34-36 st af voor de schouder = 27-28-27-30-30-31 st over voor de kraag. Brei in ribbelst over deze st en brei TEGELIJKERTIJD verkorte toeren, begin aan de verkeerde kant als volgt: * Brei 1 ribbel over alle st. Brei in de volgende nld aan de verkeerde kant 21-22-21-24-24-25 r, keer en brei terug *, herhaal van *-* tot het werk ongeveer 9-10-10-10½-10½-11 cm meet vanaf waar afgekant is voor de schouder (de korte kant). Kant losjes alle st af. RECHTERVOORPAND: Brei als het linkervoorpand maar in spiegelbeeld. Begin de verkorte toeren op de kraag aan de goede kant. MOUW: Wordt heen en weer gebreid op de nld. Zet losjes 35-37-39-39-41-43 st op (incl. 1 kant st aan elke kant) met rondbreinld 4,5 mm en Bomull-Lin of Paris. Brei 2 ribbels. Ga verder met rondbreinld 5,5 mm en brei de volgende nld (= goede kant) als volgt: 1 kant st in ribbelst, 1-2-0-0-1-2 st in tricotst, brei A.1A (= 4 st), A.1B over de volgende 24-24-30-30-30-30 st (= 4-4-5-5-5-5 keer), A.1C (= 3 st), 1-2-0-0-1-2 st in tricotst en eindig met 1 kant st in ribbelst. Meerder bij een hoogte van 8 cm 1 st naast de kant st aan elke kant - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN boven en brei de gemeerderde st in patroon. Herhaal dit meerderen elke 4½-4-3½-3-2½-2½ cm nog 8-9-10-11-12-13 keer = 53-57-61-63-67-71 st. Plaats bij een hoogte van 45-44-43-40-39-37 cm 1 markeerder aan elke kant van de mouw (voor de afwerking). Kant bij een hoogte van 47-46-46-44-43-42 cm (minder cm voor de grotere maten, want deze hebben bredere schouders) alle st af. AFWERKING: Naai de schoudernaden samen en naai de mouwen in het vest in de buitenste lusjes van de kant st. Naai de mouwnaden samen naast de kant st - LET OP: het deel dat na de markeerder is gebreid aan de bovenkant van de mouw komt tegen de st die afgekant zijn voor de armsgaten. Naai de kraagdelen samen middenachter - LET OP! Maak de naad aan de achterkant zodat die niet zichtbaar is als u de kraag naar beneden omvouwt. Naai de kraag langs de hals op het achterpand. Pers de rand van de voorbiezen licht en gebruik veel stoom zodat ze netjes plat komen te liggen. |
||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||
|
||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Met meer dan 40 jaar ervaring in brei- en haakdesign biedt DROPS Design één van de meest uitgebreide collecties van gratis patronen aan op internet vertaald in 304 talen. Tot en met vandaag hebben wij 11422 boeken en 11129 patronen gepubliceerd.
Wij werken hard om u het beste van haken en breien te bieden; patronen, inspiratie, advies en natuurlijk garens van uitstekende kwaliteit voor de allerbeste prijzen! Wilt u onze patronen gebruiken voor meer dan privégebruik? U kunt lezen wat wel en niet is toegestaan is in de Copyright tekst, die u onderaan elk patroon kunt vinden. Veel handwerkplezier!
Opmerkingen / Vragen (95)
Mlb wrote:
Bonjour je réalise ce modèle. Pour les manches, en taille M, je ne comprends pas comment on arrive à 56 m après les augmentations : le nombre de mailles, au départ est impair et on augmente toujours par 2 mailles, ce qui ne peut pas faire un nombre pair de mailles à la fin. Si je calcule bien, on a 20 mailles de plus (2 fois 10) soit 57 mailles et non 56 comme c'est écrit sur le patron.Merci aux concepteurs et aux traducteurs de Drops !!
08.09.2015 - 21:31DROPS Design answered:
Bonjour Mme Mlb et merci. Votre question a été transmise à nos stylistes qui vont vérifier. Merci d'avance pour votre patience.
09.09.2015 - 09:46Veerle Jonckheere wrote:
Ik moet nu het werk opsplitsen in het achterpand en 2 voorpanden. Ik brei maat XXL en zit in de 1e rij van het patroon. Als ik alles tel kom ik aan beide kanten aan 71 steken uit met tussen de markeerders 109 steken. Als ik nu het patroon begin te breien kom ik niet aan 64 steken die voor de voorpanden dienen. Ook tussen de markeerders kom ik geen 95 steken uit. Moet deze rij volgens het patroon gebreid worden? Of in ribbelsteek afkanten? Of afgekanten in de averechtse kant?
31.08.2015 - 16:37DROPS Design answered:
Hoi Veerle. Ik denk dat je verkeerd hebt afgekant. Je hebt in totaal 251 st en markeerders 71 st vanaf elke kant (= voorpanden) met 109 st voor het achterpand. Je kant dan 7 st af aan beide kant van beide markeerders (14 st in totaal voor elk armsgat) = 71-7 = 64 voor beide voorpanden en 109-14 = 95 voor het achterpand. Je breit steeds het patroon en kant af in r of av = je mag op zowel de goede als de verkeerde kant afkanten.
02.09.2015 - 16:22Sonjamarie wrote:
Dankeschön für die Erklärung. Ich Dummerchen hatte Paris mit Muskat verwechselt. Tsss.
16.08.2015 - 01:06Nuala Headon wrote:
I'm following pattern with 211 stitches. allowing for 30 stitches at each end for the Band, I have done the pattern A1as follows; A(4 sts), B (6 sts) X 24, C(3 sts). All goes well until row 7 where it looks like B section is mixed with A&C. Row 7 looks like ABC have to be repeated together but the pattern looks wrong. What am I doing wrong.
11.08.2015 - 23:09DROPS Design answered:
Dear Mrs Headon, the video below shows how to work this pattern on another jacket and should help you to get how to work row 7. Happy knitting!
12.08.2015 - 08:57Tina wrote:
Paris=75 m. Bomull-lin=85 m
11.08.2015 - 09:50Sonjamarie wrote:
Hallo liebesTeam! Warum benötigt man für dieses Modell in Paris 50g mehr als Bumull Lin, obwohl Paris doch eine mehr als 20% längere Lauflänge hat?
11.08.2015 - 00:10DROPS Design answered:
Paris hat eine kürzere Lauflänge, 75 m, Bomull-Lin hingegen 85 m pro 50 g. Exemplarisch für Größe S berechnet: 650 g Bomull-Lin = 13 x 50 g = 13 x 85 m = 1105 m, Paris: 700 g = 14 x 15 g = 14 x 75 m = 1050 m, also gerundet auf eine ganze Knäuellänge die gleiche Anzahl an Laufmetern (die Abweichung beträgt ja nur 55 m, also weniger als 1 Knäuel).
11.08.2015 - 11:22Veerle wrote:
In de 7e rij van patroon A1, wat doe je dan met de herhaling van stuk B? A naar B en B naar C overlappen elkaar daar.. Alvast bedankt!
31.07.2015 - 23:33DROPS Design answered:
Hoi Veerle. Je breit door. Het patroon is steeds hetzelfde (omslag, minderen, omslag) met 3 r st tussen. Je begint dan wel met 2 r st voor het patroon en je moet eindigen met patroon en 2 r steken.
03.08.2015 - 14:59Dlaine wrote:
I'm having some trouble with the end of the left front piece. I've got it at the correct length and did the bind off of the first 26 (working the medium pattern) and I now have 28 left. I'm confused because it says garter stich, but then it says short rows. Do I just work the 22 and turn? What about the remaining 6? Also not clear on the short rows after viewing multiple tutorials. Any help would be appreciated!
31.07.2015 - 08:44DROPS Design answered:
Dear Dlaine, you are working now in short rows to shape the shawl collar: work 2 rows over the first 22 sts (the remaining 6 sts are unworked for 1 ridge), 2 rows over all sts - as in video below. Happy knitting!
31.07.2015 - 11:04Eline Sørgård wrote:
Jeg har kommet til rad 7 i mønsteret. I oppskriften står det at man skal strikke a1a 1 gang, 1b x-antall ganger, og så c1 1 gang. Men på rad 7 går maskene som skal strikkes sammen akkurat mellom overgangene mellom a b og c. Kan dere forklare hvordan rad 7 skal strikkes slik at det blir riktig i forhold til maske-antall? Takk 😀
27.07.2015 - 22:26DROPS Design answered:
Hej Eline, Hvis du begynder med A således: 2 ret, 1kast, ta 1 m løs av p som om den skulle strikkes r, 2 r sm, løft den løse m over, 1 kast, 3 ret, 1 kast, ta 1 m løs av p som om den skulle strikkes r, 2 r sm, løft den løse m over, 1kast osv.... så du sørger for at altid strikke 3 ret imellem de 2 kast du ser i B. God fornøjelse!
28.07.2015 - 13:48Liesbeth Van Der Zel wrote:
Ik hoop dat iemand antwoord heeft op mijn vraag. Klopt het dat het patroon niet helemaal symetrisch is? Aan het begin van het patroon brei je 4 steken, vervolgens (in mijn geval) 31 x 6 steken en aan het eind 3 steken. Of begrijp ik iets niet goed?
14.07.2015 - 11:49DROPS Design answered:
Hoi Liesbeth. Het patroon wordt symmetrisch. Je begint en eindigt met 1 r en motief. Door de opdeling van A, B en C lijkt het misschien niet zo, maar kijkend op de teltekening kan je zien dat ze wel gelijk zijn.
29.07.2015 - 14:55