DROPS Alpaca Bouclé
DROPS Alpaca Bouclé
80% alpaca, 15% wol, 5% polyamide
vanaf 3.79 € /50g
DROPS Brushed Alpaca Silk
DROPS Brushed Alpaca Silk
77% Alpaca, 23% Zijde
vanaf 2.97 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 31.65€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Clarice

Gebreid DROPS vest met zakken en kraag van "Alpaca Bouclé" en "Brushed Alpaca Silk". Maat S-XXXL.

DROPS 173-30
DROPS design: Model nr. ab-064
Garengroep C en C of E
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS ALPACA BOUCLÉ van Garnstudio
300-350-400-400-450-500 gr. kleur nr. 5110, lichtgrijs
En gebruik:
DROPS BRUSHED ALPACA SILK van Garnstudio
150-175-200-200-225-250 gr. kleur nr. 02, lichtgrijs

DROPS RONDBREINLD (80 cm) 8 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 11 st x 15 nld in tricotst met 1 draad van elke garen (= 2 draden) = 10 x 10 cm.
DROPS PARELMOER KNOOP Gebogen (wit) NR. 540 – 2 stuks voor alle maten.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca Bouclé
DROPS Alpaca Bouclé
80% alpaca, 15% wol, 5% polyamide
vanaf 3.79 € /50g
DROPS Brushed Alpaca Silk
DROPS Brushed Alpaca Silk
77% Alpaca, 23% Zijde
vanaf 2.97 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 31.65€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

VERKORTE TOEREN:
Brei verkorte toeren over de st in de voorbies om te voorkomen dat de biezen gaan trekken in de hoogte. Brei als volgt aan de goede kant elke 10e nld: r over alle st in de voorbies, keer het werk, trek de draad aan en brei r terug, keer en brei over alle st als hiervoor. LET OP! Begin bij verkorte toeren op de linkervoorbies aan de verkeerde kant.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt!
Minder als volgt op rechtervoorpand (dus na voorbies st): 1 r afh, 1 r, afgeh st overh
Minder als volgt op linkervoorpand (dus voor voorbies st): Brei tot 2 st over voor voorbies, 2 r samen.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Alle meerderingen worden gemaakt aan de goede kant.
Meerder 1 st op de rechtervoorbies als volgt: brei tot er 1 st overblijft in de voorbies, 1 omsl, brei de laatste st in de voorbies r.
Meerder 1 st op de linkervoorbies als volgt: brei 1 st, 1 omsl, brei de overgebleven st in de voorbies.
Brei in de volgende nld de omsl gedraaid r om gaatjes te voorkomen.

KNOOPSGATEN:
Maak knoopsgaten op de rechter voorbies. 1 knoopsgat = brei de derde en vierde st vanaf de kant samen en maak 1 omsl.
Maak knoopsgaten bij een hoogte van:
MAAT S: 28 en 36 cm.
MAAT M: 30 en 38 cm.
MAAT L: 32 en 40 cm.
MAAT XL: 34 en 42 cm.
MAAT XXL: 36 en 44 cm.
MAAT XXXL: 38 en 46 cm.
----------------------------------------------------------

VEST:
Het werk wordt heen en weer gebreid in delen en aan het eind worden de delen aan elkaar genaaid.

ACHTERPAND:
Zet 58-60-66-72-78-84 st op (incl. 1 kant st aan elke kant) met rondbreinld 8 mm en 1 draad Alpaca Bouclé en 1 draad Brushed Alpaca Silk (= 2 draden). Brei 5 cm in RIBBELST - zie uitleg boven. Brei in de volgende nld aan de goede kant in tricotst met 1 kant st in ribbelst aan elke kant. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei tot een hoogte van 47-48-49-50-51-52 cm, zet dan nieuwe st op aan het einde van elke nld voor de mouwen als volgt: 2 keer 3 st, 1 keer 4 st en 1 keer 16-16-14-12-10-9 st (= 26-26-24-22-20-19 st opgezet voor de mouwen aan elke kant) = 110-112-114-116-118-122 st.
Ga nu verder in tricotst met 4 st in ribbelst aan elke kant (= mouwrand). Brei tot een hoogte van 66-68-70-72-74-76 cm, kant dan de middelste 10-10-10-12-12-12 st af voor de hals en eindig elke schouder apart. Ga verder en kant 1 st af in de volgende nld langs de hals = 49-50-51-51-52-54 st. Brei tot een hoogte van 68-70-72-74-76-78 cm, brei in de volgende nld aan de goede kant 1 ribbel over alle st. Kant af met r. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

RECHTERVOORPAND:
Zet 37-38-41-44-47-50 st op (incl. 1 kant st aan de zijkant) met rondbreinld 8 mm en 1 draad Alpaca Bouclé en 1 draad Brushed Alpaca Silk (= 2 draden). Brei 5 cm in ribbelst - zie uitleg boven. Brei in de volgende nld aan de goede kant als volgt: brei 8 voorbies st in ribbelst, tricotst tot er 1 st over is, 1 kant st in ribbelst. Brei VERKORTE TOEREN - zie uitleg boven - over alle st in de voorbies. DENK OM DE KNOOPSGATEN! Brei tot een hoogte van 36-38-40-42-44-46 cm, meerder 1 st in de voorbies – zie TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder zo om de nld (dus elke nld aan de goede kant) 8 keer in totaal (= 16 st in de voorbies), minder TEGELIJKERTIJD st in tricotst naast de voorbies st, zet nieuwe st op voor de mouw en kant af voor de split in de reverskraag als volgt: LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT!

MOUW:
Brei tot een hoogte van 47-48-49-50-51-52 cm, zet dan nieuwe st op voor de mouw aan het einde van elke nld aan de goede kant als volgt: 2 keer 3 st, 1 keer 4 st en 1 keer 16-16-14-12-10-9 st (= 26-26-24-22-20-19 st opgezet voor de mouw). Brei de nieuwe st in tricotst met 4 st in ribbelst aan de zijkant (= mouwrand).
TIP VOOR HET MINDEREN NAAST DE VOORBIES:
Brei tot een hoogte van 47-48-49-50-51-52 cm, minder 1 st in tricotst naast de voorbies st – zie TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo elke 4e nld (dus om de nld aan de goede kant) 6-6-6-7-7-7 keer in totaal.
KRAAG:
Brei tot een hoogte van 57-59-61-63-65-67 cm, brei dan als volgt aan de goede kant: kant de eerste 8 st af (= revers), brei de overgebleven st. Keer en brei de teruggaande nld, zet aan het einde van de nld 6 nieuwe st op (= 14 st voor de kraag).

Als alle meerderen en minderen klaar is, staan er 63-64-65-65-66-68 st op de nld. Ga verder tot het werk 68-70-72-74-76-78 cm meet. Brei dan 1 ribbel in ribbelst over alle st. Brei in de volgende nld aan de goede kant als volgt: brei de eerste 14 st, kant de overgebleven 49-50-51-51-52-54 st af voor de schouder/mouw. Knip de draad af. Brei nu de kraag als volgt:
Begin aan de verkeerde kant en brei over alle 14 st, * keer en brei 8 st terug, keer en brei de teruggaande nld, keer, brei over alle st, keer en brei over alle st *, herhaal van *-* tot de kraag 8-8-8-9-9-9 cm meet aan de korte kant. Kant alle st af.

LINKERVOORPAND:
Zet op en brei als het rechtervoorpand. LET OP: maak knoopsgaten op de linkervoorbies. Zet nieuwe st op voor de mouw aan het einde van de nld aan de verkeerde kant. Als u steken afkant voor de split in de reverskraag, brei dan als volgt aan de verkeerde kant: kant de eerste 8 st af (= revers), brei de overgebleven st. Keer en brei de teruggaande nld, zet aan het einde van de nld 6 nieuwe st op (= 14 st voor de kraag).
Brei tot een hoogte van 68-70-72-74-76-78 cm, brei dan 1 ribbel over alle st. Brei dan als volgt aan de goede kant: kant af de eerste
49-50-51-51-52-54 st af, brei dan de overgebleven 14 st in de voorbies. Keer en brei verkorte toeren over de voorbies als volgt:
Begin aan de verkeerde kant en brei de teruggaande nld over alle 14 st, keer en brei over alle st, * keer en brei 8 st terug, keer en brei de teruggaande nld, keer, brei over alle st, keer en brei over alle st *, herhaal van *-* tot de kraag 8-8-8-9-9-9 cm meet aan de korte kant. Kant alle st af.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen. Naai de kraag samen middenachter en naai hem langs de halsrand. Naai de onderarm- en zijnaden samen naast de kant st in ribbelst. Hecht af.

ZAKKEN:
Wordt heen en weer gebreid op de nld.
Zet LOSJES 20 st op met rondbreinld 8 mm en 1 draad van elk garen (= 2 draden). Brei dan in ribbelst. Brei tot een hoogte van 20 cm, kant alle st af.
Plaats de zak op het voorpand zodat er 3 st in tricotst zijn tussen de zak en de voorbies, en plaats de onderkant van de zak helemaal tegen de rand in ribbelst aan de onderkant van het lijf. Naai de zak vast met 1 draad van elke kwaliteit, steek voor steek, zodat de zak plat op het voorpand ligt. Herhaal op het andere voorpand. Hecht af.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 173-30

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (38)

country flag Mieke wrote:

Hallo, Graag zou ik dit vest met lange mouwen willen breien. Enig idee hoe ik dit zou moeten doen?

11.08.2018 - 21:44

DROPS Design answered:

Dag Mieke, Dit zou je kunnen doen door de laatste keer dat je steken opzet voor de mouwen bij de panden, extra steken op te zetten. Dus de keer dat je 1 keer 16-16-14-12-10-9 steken opzet, zet je meer steken op. Aan de hand van de stekenverhouding en de tekening met de maten onderaan het patroon, kun je voor jezelf uitrekenen hoeveel steken extra je op moet zetten.

12.08.2018 - 17:32

country flag Valérie Huguenot wrote:

Bonjour, RANGS RACCOURCIS: (...) Tricoter ainsi sur l'endroit tous les 10 rangs: (...) Tous les 10 rangs = en comptant sur la bordure (incluant les rangs raccourcis ) ou sur le jersey ?

04.06.2018 - 09:19

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Huguenot, répétez les rangs raccourcis tous les 10 rangs jersey - ajustez si besoin en fonction de votre tension en y incluant les rangs point mousse pour que la hauteur du point mousse soit la même que celle du jersey. Bon tricot!

04.06.2018 - 09:45

country flag Elena wrote:

Leider entspricht das Bild nicht der Beschreibung. Die Knofleiste ist in der Beschreibung vor der Borte, auf dem Bild jedoch in die Borte integriert.

18.11.2017 - 07:36

DROPS Design answered:

Liebe Elena, so werden die Knopflöcher gestrickt, dh wie beschrienben in den Blendenmaschen. Viel Spaß beim stricken!

20.11.2017 - 10:23

country flag Corbier wrote:

Ik maak het vest met maat XL nu zie dat met extra steken voor de mouwen voor deze maat minder steken worden opgezet dan voor de kleinere maten klopt dat?

15.08.2017 - 08:30

country flag Wendy Burfitt wrote:

But because you also decrease at the same time there will not be a gain of 8 stitches....

07.06.2017 - 23:16

DROPS Design answered:

Dear Mrs Burfitt, in size M: you will inc 8 times 1 st on band and dec 6 times 1 st for neck, then cast off 8 sts and cast on 6 sts + inc a total of 26 sts for sleeve. Starting in size M with 38 sts + (8-6-8+6) + 26 = 38 + 0 + 26 = 64 sts. The first 8 sts are inc in the band and cast off later, then you cast on 6 sts for collar, and you dec 6 sts for neck (after band sts). The number of sts in pattern will dec and the number of sts of band will inc. Adding the number of sts for sleeve you will have the 64 sts in size M. Happy knitting!

08.06.2017 - 09:29

Wendy Burfitt wrote:

Sorry to be so persistent but the 8 band stitches are included in the original cast on number and not additional as far as I can see in the pattern. if this is not correct - where are they cast on?

07.06.2017 - 12:42

DROPS Design answered:

Dear Mrs Burfitt, you will inc 8 sts on band: " When piece measures 36-38-40-42-44-46 cm, inc 1 st in band – see INCREASE TIP. Inc like this every other row (i.e. every row from RS) 8 times in total (= 16 sts in band), AT THE SAME TIME dec sts in stocking st inside band st, cast on new sts for sleeve and cast off sts for vent in collar as follows: READ ALL OF THE FOLLOWING SECTION BEFORE CONTINUING!". Happy knitting!

07.06.2017 - 15:59

country flag Wendy Burfitt wrote:

But that will make the stitch count wrong - there will be only 54 stitches on at the end.....

06.06.2017 - 17:19

DROPS Design answered:

Dear Mrs Burfitt, you should have the correct number of sts, let's take size M: 38 sts + 8 sts inc in band + 26 sts for sleeve - 6 sts dec for neck - 8 sts cast off for lapel + 6 sts cast on for collar = 38 + 8 + 26 - 6 - 8 + 6 = 64 sts. Happy knitting!

07.06.2017 - 08:54

Wendy Burfitt wrote:

After the sleeve cast on the pattern says to decrease 1 st every 4th row inside the band for 6 times. There appear to be no compensating increasings at this point. if this is correct the stitch counts (63-64-65 etc.) later on are incorrect. do I need to do increasings as well as decreasings to make the stitch count correct or is that number wrong? thanks

06.06.2017 - 13:04

DROPS Design answered:

Dear Mrs Burfitt, you will decrease for neckline (inside band) 1 st a total of 6 times and then cast off the first 8 sts from RS and cast on 6 new ssts at the end of next row from WS for lapel. So that you dec 6 sts for neckline, and cast off 8 sts then cast on 6 sts, there are 14 sts for collar. Happy knitting!

06.06.2017 - 15:09

country flag Maya wrote:

Verzoek om hulp: mijn proeflapje van 11 st. bij 15 toeren met naalden 8 wordt maar 7 cm. hoog. Ik brei niet vast.

12.04.2017 - 11:48

DROPS Design answered:

Hoi Maya, Probeer eens een proeflapje te maken met kleinere naalden bv naald 6 of 7. Zelf heb ook dit 'probleem' ;) en gebruik altijd kleinere naalden. Als je een proeflapje maakt, zet dan wat meer steken op dan wordt aangegeven in de stekenverhouding, zodat je in het midden van het lapje kunt meten en de zijkanten wegvallen, want de kantsteken zijn vaak niet representatief voor de stekenverhouding. Succes!

12.04.2017 - 15:03

country flag Matei Loredana wrote:

Bonjour, vous dites que le devant gauche on le fait comme le devant droit, mais la bordure, si on est sur l'endroit, ce fait a la fin du rang, non, pas au debout de rang????

25.02.2017 - 09:28

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Matei, tout à fait, la bordure devant pour le devant gauche se fera en fin de rang sur l'endroit, on monte les mailles de la manche en fin de rang sur l'envers et ainsi de suite. Bon tricot!

27.02.2017 - 09:37