DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 4.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 34.93€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 186-33
DROPS Design: Patroon nr. ai-101
Garengroep C
-----------------------------------------------------------
Maten: S/M – L/XL – XXL/XXXL
Materiaal:
DROPS AIR van garnstudio (behoort tot garengroep C)
350-400-450 g kleur 10, mist

Het werk kan tevens gehaakt worden met garen van:
"Alternatief garen (Garengroep C)" – zie link hieronder.

DROPS HAAKNAALD 6 MM – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 12 stokjes en 7 toeren op 10 cm in de breedte en 10 cm in de hoogte, of 1 herhaling van A.2 is 8 cm in de breedte (A.X = ongeveer 5 cm in de hoogte).
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Air
DROPS Air
65% alpaca, 28% polyamide, 7% Wool
vanaf 4.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 34.93€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET PATROON:

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.5.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Het eerste stokje op het begin van de toer wordt vervangen door 3 lossen. De toer eindigt met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer. De eerste vaste op het begin van een toer wordt vervangen door 1 losse.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 stokje door de volgende 2 stokjes als volgt samen te haken: Haak 1 stokje, maar wacht met de laatste omslag en doorhaling (= 2 steken op de haaknaald), haak dan het volgende stokje maar als u de laatste doorhaling maakt, haal de draad dan door alle 3 steken op de haaknaald (= 1 stokje geminderd).
----------------------------------------------------------

VEST:
Het werk wordt gehaakt in 2 delen welke midden achter samengenaaid worden. Haak heen en weer, vanaf midden achter en naar buiten, richting de zijkanten. De mouwen worden in de rondte gehaakt, van boven naar beneden.

LINKER DEEL:
Haak 105-116-127 lossen met haaknaald 6 mm en Air. Keer het werk en haak 1 stokje in de 4e losse van de haaknaald (= 2 stokjes), haak 1 stokje in elk van de volgende 5-4-3 lossen, * sla de volgende losse over, haak 1 stokje in elk van de volgende 5 lossen *, herhaal van *-* tot het einde van de toer = 87-96-105 stokjes. LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN! Haak dan als volgt – aan de verkeerde kant: A.3 (= 3 stokjes), A.2 (= 9 stokjes) over de volgende 81-90-99 stokjes (= 9-10-11 herhalingen), eindig met A.1 (= 3 stokjes). Haak op de volgende toer (= aan de goede kant) omgekeerd, dus haak A.1, A.2 en eindig met A.3. Als A.1 tot A.3 1 keer in de hoogte is gehaakt, herhaal dan toeren 1 - 4 in de hoogte (= A.X). Ga verder tot het werk ongeveer 18-20-22 cm meet; pas aan tot na een hele herhaling van A.X. Haak dan als volgt – aan de goede kant:

Om ervoor te zorgen dat het vest steviger is bij het armsgat, haakt u een extra toer van stokjes over alleen de eerste steken op het vest (= kraag). Haak A.1 + 18 stokjes over de eerste 2 herhalingen van A.2 (zie A.4 voor hoe u de stokjes over A.2 haakt) = 21 stokjes. Knip de draad af en begin opnieuw vanaf het begin van de toer– aan de goede kant en vanaf de eerste toer in A.X.

Haak A.1, haak A.5 over de volgende 18 stokjes (= 2 herhalingen van 9 steken), haak 18-27-27 lossen en sla de volgende 2-3-3 herhalingen van A.2 over, haak tot het einde van de toer zoals hiervoor (dus 5-5-6 herhalingen van A.2 en A.3). Haak op de volgende toer (= toer 2 in A.X) 2-3-3 herhalingen van A.2 om de 18-27-27 nieuwe lossen. Als A.5 1 keer in de hoogte is gehaakt, haak dan A.2 zoals hiervoor over deze steken. Ga verder tot het werk ongeveer 61-66-71 cm meet; pas aan tot na een hele herhaling van A.X. Haak dan als volgt: A.1, stokjes over de 9-10-11 herhalingen van A.2 (zie A.4), eindig met A.3 = 87-96-105 stokjes. Haak in totaal 2 toeren van stokjes zoals te zien is in A.4, knip en hecht de draad af.

RECHTER DEEL:
Haak 105-116-127 lossen met haaknaald 6 mm en Air. Keer het werk en haak 1 stokje in de 4e losse vanaf de haaknaald (= 2 stokjes), haak 1 stokje in elk van de volgende 5-4-3 lossen, * sla de volgende losse over, haak 1 stokje in elk van de volgende 5 lossen *, herhaal van *-* tot het einde van de toer = 87-96-105 stokjes. Haak dan als volgt - aan de verkeerde kant: A.3 (= 3 stokjes), A.2 over de volgende 81-90-99 stokjes (= 9-10-11 herhalingen), eindig met A.1 (= 3 stokjes). Als A.1 tot A.3 1 keer in de hoogte zijn gehaakt, herhaal dan toeren 1 tot 4 in de hoogte (= A.X). Ga verder tot het werk ongeveer 18-20-22 cm meet; pas aan tot na een hele herhaling van A.X. Haak dan als volgt – aan de goede kant:

Om ervoor te zorgen dat het vest steviger is bij het armsgat, haakt u een extra toer van stokjes over alleen de laatste steken op het vest (= kraag - dit is op de bovenkant van het vest als de delen samengenaaid zijn). Knip de draad af. Sla A.1 en de eerste 7-8-9 herhalingen van A.2 over, haak 18 stokjes over de laatste 2 herhalingen van A.2 en eindig met A.3 (zie A.4 voor hoe u de stokjes over A.2 haakt) = 21 stokjes. Knip de draad af en begin opnieuw vanaf het begin van de toer– aan de goede kant en de eerste toer in A.X.

Haak A.1, haak de eerste 5-5-6 herhalingen van A.2, haak 18-27-27 lossen en sla de volgende 2-3-3 herhalingen van A.2 over, haak A.5 over de volgende 18 stokjes, eindig met A.3. Haak op de volgende toer (= toer 2 in A.X) 2-3-3 herhalingen van A.2 om de 18-27-27 nieuwe lossen. Als A.5 1 keer in de hoogte is gehaakt, haak dan A.2 zoals hiervoor over deze steken. Ga verder tot het werk ongeveer 61-66-71 cm meet; pas aan tot na een hele herhaling van A.X. Haak dan als volgt: A.1, A.4 over de 9-10-11 herhalingen van A.2, eindig met A.3 = 87-96-105 stokjes. Haak in totaal 2 toeren van stokjes zoals te zien is in A.4, knip en hecht de draad af.

AFWERKING:
Naai het vest midden achter samen.

MOUWEN:
Haak de mouw in de rondte als volgt – begin midden onder de mouw: 1 vaste, *4 lossen, sla 2 cm over, 1 vaste, *, herhaal van *-* om het hele armsgat, eindig met een halve vaste in de eerste vaste = ongeveer 12-18-18 lossenlussen. Haak dan 45-64-64 stokjes verdeeld om de lossenlussen (haak 3 of 4 stokjes om elk ruimte). Haak dan als volgt – vanaf midden onder de mouw:
A.1 (=stokjes) over de eerste 9-14-14 stokjes, A.2 over de volgende 27-36-36 stokjes, A.3 (=stokjes) over de laatste 9-14-14 stokjes. DENK OM DE INFORMATIE VOOR HET HAKEN! Voeg 1 markeerdraad in, midden onder de mouw; het werk wordt nu vanaf hier gemeten. Ga verder met dit patroon. Als het werk 4 cm meet, minder dan 1 stokje aan elke kant van de markeerdraad – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder iedere 5-3½-3½ cm in totaal 9-14-14 keer. Na alle de minderingen zijn er 27-36-36 stokjes over op de toer, haak nu stokjes over alle steken (zie A.4). Ga verder tot het werk 55-55-55 cm meet, knip en hecht de draad af. Haak de andere mouw op dezelfde manier.

Telpatroon

symbols = 1 stokje
symbols = 1 losse
symbols = 1 vaste in de steek
symbols = Haak 2 stokjes samen als volgt: Haak 1 stokje in het volgende stokje, maar wacht met de laatste doorhaling, haak nog 1 stokje in hetzelfde stokje, op de laatste doorhaling, haal de draad door alle lussen op de haaknaald.
symbols = Haak 2 stokjes samen als volgt: Haak 1 stokje om de middelste losse in de stokjesgroep, maar wacht met de laatste doorhaling, haak nog 1 stokje om dezelfde losse, op de laatste doorhaling, haal de draad door alle lussen op de haaknaald.
symbols = Haak een stokjesgroep om de lossenlus als volgt: Haak 1 stokje + 1 losse + 1 stokje + 1 losse + 1 stokje + 1 losse + 1 stokje om dezelfde lossenlus.
symbols = 1 vaste om de lossenlus.
symbols = Haak een stokjesgroep tussen 2 stokjes als volgt: Haak 1 stokje + 1 losse + 1 stokje + 1 losse + 1 stokje + 1 losse + 1 stokje tussen 2 stokjes
symbols = deze toer is reeds gehaakt
symbols = haakrichting
diagram
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 186-33

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (20)

country flag Blandine wrote:

Je ne comprends pas ce qu'il faut faire lorsque l'ouvrage mesure 22 cm pour le côté gauche. Quand vous dites pour que les emmanchures soient plus fermés on crocheté un rang de brides supplémentaires pour le col. Je suis complètement perdue

07.04.2019 - 14:59

DROPS Design answered:

Bonjour Blandine, on va crocheter un rang de brides sur les premières mailles pour que les épaules aient un peu plus de tenue: crochetez A.1 + 18 brides (21 brides au total), coupez le fil et crochetez comme avant en reprenant au début du rang. Bon crochet!

08.04.2019 - 09:46

country flag Anne wrote:

Na 18-20-22 cm: Haak A.1 + 18 stokjes = 21 stokjes. Maar de eerste toer A.1 begint met 3 vasten, dus A.1 + 18 stokjes = 3 vasten en 18 stokjes. Of is het de bedoeling om de 3 vasten van de eerste toer A.1 te vervangen door 3 stokjes?

26.03.2019 - 11:09

DROPS Design answered:

Dag Anne,

Het werk moet ongeveer 18-20-22 cm meten, maar dit moet je aanpassen tot na een hele herhaling van A.x. Op die manier heb je 3 stokjes aan het begin.

28.03.2019 - 13:12

country flag Anita Dirx wrote:

Sorry ik heb mijn vraag verkeerd gesteld. Ik begrijp niet wat er tussen a2 en A3 komt. Want zoals ik het begrijp krijg ik dan 12 stokjes achter elkaar.

22.11.2018 - 15:04

DROPS Design answered:

Dag Anita,

Je hoeft niets tussen A.2 en A.3 te haken. De eerste toer in het telpatroon, dus de toer met het sterretje hoef je overigens niet te haken, deze toer geeft aan hoe je de volgende toer in de steken haakt. A.2 heeft (herhalingen van) 9 steken en gelijk daar achteraan haak je de 3 stokjes van A.3.

25.11.2018 - 16:19

country flag Anita Dirx wrote:

Als ik A2 en erna A3 moet haken moet ik dan in principe 9 stokjes achter elkaar haken of zie ik dit fout ?

21.11.2018 - 17:26

DROPS Design answered:

Dag Anita

Nee A.2 is 9 stokjes. A.2 is het gedeelte van het telpatroon dat je steeds herhaalt in de breedte. Je begint en eindigt steeds met A.1 of A.3 (staat aangegeven in het patroon) en daartussen zitten dus een aantal herhalingen van A.2

22.11.2018 - 11:13

country flag Donna T wrote:

Thank you for the explanation. That means the picture of A4 is incorrect showing 2 rows of double crochet, when it should only be 1 row of double crochet following your explanation. Or is it suppose to be 2 rows of double crochet? After A1 AX Row 1, at the end of A5 Row 1 (working right to left twice), after that last dc group ch 3, I assume you sc in last dc? Then 27 chains, skip 3 repeats of A.2 then continue next repeats as before (= 1st row in A.X).

03.10.2018 - 16:34

DROPS Design answered:

Dear Donna, at this step you only work 1 row treble crochets as shown in A.4. The 2 rows in A.4 will be worked later at the end of left piece. Happy crocheting!

04.10.2018 - 09:41

country flag Donna T wrote:

On left piece after it is 8 inches, 21 dc over A2, cut strand and start from beginning of row again from right side. This is for the second row of dc. If this is all dc, why does it say . . . and from the first row in AX which is single crochet's? Then when you finish those 21 dc, I assume you turn to work A1 (3 dc), work A5 over the 18 dc? When you turn again you start second row of A5. At the end of those 2 rows of 21 dc, how do you stop that row to start the 27 chain stitches?

02.10.2018 - 22:53

DROPS Design answered:

Dear Donna, adjust the length after a complete repeat of A.X - ie work some more/fewer rows if required. Then you will work an extra row over the first sts on jacket towards collar (like short rows), ie: A.1 + 18 dc over the first 2 repeats of A.2 = 21 dc. Cut the strand and continue working from RS with 1st row in A.X (work A.5 over the first 2 repeats), 27 chains and skip 3 repeats of A.2 then continue next repeats as before (= 1st row in A.X). Happy crocheting!

03.10.2018 - 07:52

country flag Sandrine wrote:

Bonjour, Je ne comprends pas, au début, on a "87-96-105 brides" et ensuite "Crocheter ensuite ainsi – sur l'envers: A.3 (= 3 brides), A.2 (= 9 brides) au-dessus des 81-90-99 brides suivantes". Comment passe-t-on de 87 à 86 brides ?

26.07.2018 - 10:23

DROPS Design answered:

Bonjour Sandrine, on crochète bien les 87 brides: A.3 = 3 brides, 9 x A.2 = 81 brides et 1 x A.1 = 3 brides soit 3+81+3= 87 brides. Bon crochet!

26.07.2018 - 12:04

Claire wrote:

Just wondering as I see a difference in the pattern vs the diagram. The pattetn repeats the first row in the other direction. On the first diagram there is a row with lots of chain stitches. I cannot figure out where this row has to be crocheted. I hope you can clarify. Thank you

20.06.2018 - 14:03

DROPS Design answered:

Dear Claire, you will start reading diagrams A.3,A.2 and A.1 from the WS, ie from the bottom corner on the left side and you read towards the right. On the right side rows, read from the right towards the left, ie: A.1, A.2 and A.3. Happy crocheting!

20.06.2018 - 16:05

country flag Evelyn wrote:

Hallo, könnte man auch das Garn Sky für die Anleitung verwenden? Wieviel Gramm würde man davon benötigen? Vielen Dank!

13.05.2018 - 20:30

DROPS Design answered:

Liebe Evelyn, Sky gehört zur Garngruppe B und Air (in diesem Modell) zur Garngruppe C so daß SKy ist hier keine Garnalternative. Hier lesen Sie mehr über Garnalternative. Viel Spaß beim häkeln!

14.05.2018 - 11:09

country flag Daniela wrote:

Sehe bei der deutschen Anleitung leider kein Diagramm!

15.02.2018 - 08:52

DROPS Design answered:

Liebe Daniela, danke für den Hinweis, es wird korrigiert. Viel Spaß beim häkeln!

15.02.2018 - 09:39