Daisy Delight |
||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||
Gebreide trui met ronde pas in DROPS BabyMerino. Het werk wordt gebreid van boven naar beneden met Scandinavisch patroon en ribbelsteek. Maat: S - XXXL
DROPS 196-2 |
||||||||||||||||||||||
UITLEG VOOR HET PATROON: ---------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid): 1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.3. Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.1). TIP VOOR HET BREIEN: Om te voorkomen dat het kledingstuk zijn elasticiteit verliest als u in patroon breit, is het belangrijk om de draden niet te strak aan te trekken op de achterkant van het werk. Ga verder met een naald in een grotere maat wanneer u in patroon breit en het wordt wat te strak. TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (verdeeld): Zo berekent u hoe vaak er gemeerderd moet worden, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 106 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 4) = 26.5. In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na afwisselend iedere 26e en 27e steek. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid om een gaatje te voorkomen. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (geldt voor de zijkanten van het lijf): Brei tot er 8 steken over zijn er voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 16 recht (de markeerdraad is in het midden van deze steken), maak 1 omslag. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. VERHOGING: Voeg een markeerdraad in midden achter = begin van de naald. Begin aan de goede kant met pruim en brei in tricotsteek tot er 8-8-8-9-9-10 steken zijn gebreid voorbij de markeerdraad, keer het werk, trek de draad aan en brei 16-16-16-18-18-20 steken in tricotsteek. Keer het werk, trek de draad aan en brei 24-24-24-27-27-30 steken in tricotsteek, keer het werk, trek de draad aan en brei 32-32-32-36-36-40 steken in tricotsteek, keer het werk, trek de draad aan en brei tot er midden achter. RAGLAN: Meerder 1 steek aan elke kant van iedere markeerdraad (= 8 steken gemeerderd op de naald) als volgt: Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze steken), maak 1 omslag. Herhaal op de andere markeerdraden. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor de mouwen): Minder 1 steek aan elke kant van markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad en brei 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek. ---------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ---------------------------------------------------------- TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinaald, van boven naar beneden. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald. HALSRAND: Zet 106-110-115-125-130-134 steken op een korte rondbreinaald 2.5 mm met pruim. Brei 5 ribbels in RIBBELSTEEK - lees uitleg hierboven. PAS: Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Brei 1 naald recht en meerder 4-10-15-15-20-26 steken verdeeld - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 110-120-130-140-150-160 steken. Brei 1 naald recht (alle steken worden gedraaid gebreid om gaatjes te voorkomen). Voor een betere pasvorm breit u een verhoging op de achterkant van de hals zodat de pas ietwat hoger is op het achterpand. Deze verhoging kan ook overgeslagen worden, zodat de hals op de voor- en achterkant hetzelfde wordt - lees VERHOGING. Voeg 9-10-10-10-11-11 markeerdraden in het werk zonder te breien als volgt: Voeg de eerste markeerdraad in na 7-6-7-7-5-5 steken, voeg elk van de volgende 8-9-9-9-10-10 markeerdraden in na 12-12-13-14-14-15 steken, er zijn 7-6-6-7-5-5 steken over op de naald na de laatste markeerdraad. Neem de markeerdraden mee in de hoogte tijdens het breien. Brei nu in patroon A.1 (kies het telpatroon voor uw maat) de hele naald – lees TIP VOOR HET BREIEN, meerder TEGELIJKERTIJD op iedere naald met een pijl in de telpatroon aan elke kant van de markeerdraden als volgt: DENK OM DE STEKENVERHOUDING! PIJL-1: Meerder 1 steek aan elke kant van iedere markeerdraad (= 18-20-20-20-22-22 steken gemeerderd) = 128-140-150-160-172-182 steken. PIJL-2: Meerder 1 steek aan elke kant van iedere markeerdraad (= 18-20-20-20-22-22 steken gemeerderd) = 146-160-170-180-194-204 steken. PIJL-3: Meerder 1 steek aan elke kant van iedere markeerdraad (= 18-20-20-20-22-22 steken gemeerderd) = 164-180-190-200-216-226 steken. PIJL-4: Meerder 1 steek aan elke kant van iedere markeerdraad (= 18-20-20-20-22-22 steken gemeerderd) = 182-200-210-220-238-248 steken. PIJL-5: Meerder 1 steek aan elke kant van iedere markeerdraad (= 18-20-20-20-22-22 steken gemeerderd) = 200-220-230-240-260-270 steken. Als A.1 helemaal in de hoogte is gebreid, meet het werk ongeveer 11-12-13-14-15-16 cm vanaf de opzetrand en naar beneden midden voor. Verwijder de markeerdraden. Brei nu in patroon A.2 (= 20-22-23-24-26-27 herhalingen van 10 steken) in de rondte. Meerder op de volgende tot laatste naald in A.2 10-12-14-16-12-12 steken verdeeld = 290-320-336-352-376-390 steken. Als A.2 helemaal in de hoogte is gebreid, meet het werk ongeveer 19-20-21-22-23-24 cm vanaf de opzetrand en naar beneden midden voor. Voeg nu 4 markeerdraden in het werk als volgt: Voeg de 1e markeerdraad in na de eerste 45-49-51-55-60-64 steken (= helft van het achterpand), voeg de 2e markeerdraad in na de volgende 55-62-66-66-68-67 steken (= mouw), voeg de 3e markeerdraad in na de volgende 90-98-102-110-120-128 steken (= voorpand) en voeg de 4e markeerdraad in na de volgende 55-62-66-66-68-67 steken (= mouw). Er zijn 45-49-51-55-60-64 steken over op de naald na de laatste markeerdraad (= helft van het achterpand). Brei nu in patroon A.3 in de rondte en begin tegelijkertijd op de eerste naald met meerderen voor de RAGLAN – lees uitleg hierboven. Meerder zo iedere andere naald 5-6-8-10-11-13 keer in totaal = 330-368-400-432-464-494 steken. LET OP: Als A.3 1 keer in de hoogte is gebreid, ga dan verder met tricotsteek tot alle meerderingen voor de raglan klaar zijn en het werk 22-24-26-28-30-32 cm meet vanaf de opzetrand. Brei de volgende naald als volgt: 50-55-59-65-71-77 steken in tricotsteek (= helft van het achterpand), zet de volgende 65-74-82-86-90-93 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-12-12-14-16 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei 100-110-118-130-142-154 steken in tricotsteek (= voorpand), zet de volgende 65-74-82-86-90-93 steken op 1 hulpdraad voor de mouwranden, zet 10-10-12-12-14-16 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw) en brei de overgebleven 50-55-59-65-71-77 steken in tricotsteek (= helft van het achterpand). Brei het lijf en de mouwen apart verder. MEET HET WERK NU VANAF HIER! LIJF: = 220-240-260-284-312-340 steken. Voeg 1 markeerdraad in aan elke kant in het midden van de 10-10-12-12-14-16 opgezette steken onder elke mouw (= 110-120-130-142-156-170 steken tussen de markeerdraden). Ga verder in de rondte met pruim en in tricotsteek. Meerder bij een hoogte van 4 cm vanaf de scheiding, 2 steken aan elke kant - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (= 4 steken gemeerderd). Meerder zo ongeveer iedere 2 cm 12 keer in totaal = 268-288-308-332-360-388 steken. Brei de nieuwe steken in tricotsteek. Meerder bij een hoogte van 28 cm vanaf de scheiding, 8-12-13-13-15-17 steken = 276-300-321-345-375-405 steken. Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm. Brei 2 cm boordsteek in de rondte * 1 recht, 2 steken in ribbelsteek *, brei van *-*. Brei 2 ribbels en kant af. De trui meet ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUW: Zet de 65-74-82-86-90-93 steken van de hulpdraad aan een kant van het werk op breinaalden zonder knop of een korte rondbreinaald 3 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 10-10-12-12-14-16 nieuw opgezette steken onder de mouw = 75-84-94-98-104-109 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 10-10-12-12-14-16 steken midden onder de mouw en begin de naald hier. Ga verder met pruim en in tricotsteek. Minder bij een hoogte van 4 cm, 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 8e-6e-5e-4e-4e-3e naald 13-17-21-22-23-24 keer in totaal = 49-50-52-54-58-61 steken. Ga verder tot het werk 40-38-37-35-33-32 cm meet vanaf de scheiding (minder voor de grotere maten vanwege een bredere hals en een langere pas). Brei 1 naald recht en meerder 2-4-5-6-5-5 steken verdeeld = 51-54-57-60-63-66 steken. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 2.5 mm. Brei nu boordsteek * 1 recht, 2 steken in ribbelsteek *, brei van *-* in de rondte voor 2 cm. Brei 2 ribbels en kant af. Brei de andere mouw op dezelfde wijze. |
||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Opmerkingen / Vragen (55)
Catherine wrote:
Bonjour, comment faire pour ne pas avoir de démarcation entre 2 tours de côtes au point mousse ? Merci de votre réponse.
07.01.2019 - 07:04DROPS Design answered:
Bonjour Catherine, en serrant légèrement le fil (suffisamment pour resserrer les côtes mousse sans resserrer tous les rangs), la démarcation devrait être presque invisible. Bon tricot!
07.01.2019 - 12:12Rita wrote:
Buongiorno...avrei necessità di capire meglio il passaggio dal diagramma A1 al diagramma A2 nel senso che non mi torna il conto delle maglie. Sto seguendo la taglia m del progetto e da 220 maglie non riesco a capire come si arriva a 320.... se considero gli aumenti dei gettati che vedo in A1 il conto non mi torna. Ringrazio tantissimo a presto Rita
26.10.2018 - 08:49DROPS Design answered:
Buongiorno Rita. Quando inizia a lavorare il diagramma A2, ogni ripetizione è formata da 10 maglie. Quindi ripete il diagramma A2 22 volte. Alla fine del diagramma A2, ogni ripetizione è formata da 14 maglie. Quindi 14 m x 22 ripetizioni = 308 m. A queste deve aggiungere le 12 m che aumenta al penultimo giro del diagramma A2: 308 + 12 = 320 m. Buon lavoro!
26.10.2018 - 09:06Sibille L. wrote:
Ich habe das Modell in Größe M nach Anleitung bis zum Ende von A 2. gestrickt. Punkt Nr. Die Zunahmen nach Beschreibung sieht man deutlich. 2. Am Ende von A 2. hat man 220 Maschen. Laut Anleitung soll man 12 Maschen gleichmässig verteilt zunehmen. Danach soll man 320 Maschen auf der Nadel haben. Wie soll das gehen?
25.10.2018 - 14:05DROPS Design answered:
Liebe Sibille, die Umschläge sollen nicht zu locker gestrickt, gerne dürfen Sie eine andere Zunahmentechnik stricken, wenn Sie es möchten. A.2 wird über 220 Maschen gestrickt (= 10 Maschen x 22 Mal) - bei der 1. Reihe in A.2 werden 2 Maschen in jedem Rapport zugenommen = 12 M in jedem A.2 (12 M x 22 = 264 M.). Dann werden 2 neuen Maschen in jedem A.2 bei der 21. Reihe (= 14 M x 22 = 308 M), und in der vorletztenden Runde von A.2 werden 12 M. regelmäßig zugenommne = 308+12= 320 M. Viel Spaß beim stricken!
25.10.2018 - 14:53Lisbeth Gille wrote:
Tak for jeres svar: Hej Lisbeth, nej desværre, men vi sætter den på ønskelisten. Du kan jo prøve at finde en bluse til børn i garngruppe A og så sætte mønsteret ind på bærestykket. Jeg har ikke brug for at sætte mønster ind i bærestykket men en bluse, der er strikket oppefra og ned
17.09.2018 - 17:37Grete B Persson wrote:
Hei - forsøker å strikke denne flotte genseren men forstår ikke oppskriften. På bærestykket står det at det skal strikkes mønster A1 og økes 5 ganger til 260 masker (str XXL). På nest siste omgangen skal det med 12 masker til 376 masker. Hva skjer i mellom 260 masker og 376 masker? Håper på hjelp til å forstå dette da genseren er så utrolig fin. Tusen takk
13.09.2018 - 22:13DROPS Design answered:
Hei Grete. Etter at du har strikket A.1 skal det strikkes etter A.2. Når A.2 er strikket 1 gang i høyden har du økt 4 masker per rapprt = 104 masker økt i str XXL. Økningene er markert som kast på den 1 og den 21 omgangen i diagrammet. Da har du 364 masker på pinnen når A.2 er strikket 1 gang i høyden, og så øker du 12 masker jevnt fordelt = 376 masker. God fornøyelse.
17.09.2018 - 14:16Lisbeth Gille wrote:
Daisy Delight by DROPS Design: Findes denne model i Baby Merino til børn ca str. 10 år ?
13.09.2018 - 08:50DROPS Design answered:
Hej Lisbeth, nej desværre, men vi sætter den på ønskelisten. Du kan jo prøve at finde en bluse til børn i garngruppe A og så sætte mønsteret ind på bærestykket. God fornøjelse!
17.09.2018 - 13:01Snezhanna wrote:
Hello!At the end of A.2 there should be 90 sts increased,but because of yarn overs,we can increase only 80 sts total. How come?
21.08.2018 - 12:13Pam T. wrote:
Beautiful and unusual! Love it!
08.08.2018 - 00:37Monica wrote:
Molto carino
08.07.2018 - 15:48Jacqueline Veilleux wrote:
C'est vraiment le chandail qu'il faut à ma fille. J'adore.
08.07.2018 - 01:50