DROPS Delight
DROPS Delight
75% wol, 25% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 5.05 € /25g
DROPS Super Sale

Mermaid Wrap

Gebreide omslagdoek met ribbelsteek en verkorte toeren in 1 draad DROPS Delight en 1 draad DROPS Kid-Silk.

DROPS 203-15
DROPS design: Patroon de-201
Garengroep A + A of C
----------------------------------------------------------

MAAT:
Hoogte: Gemeten over het midden van de lange kant en naar beneden tot de punt = ongeveer 84 cm.
Breedte: Gemeten over de bovenkant van de ene naar de andere zijkant = ongeveer 170 cm.

MATERIAAL:
DROPS DELIGHT van garnstudio (behoort tot garengroep A)
300 g kleur 09, turkoois/paars
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
125 g kleur 27, denimblauw

STEKENVERHOUDING:
16 steken in de breedte en 30 naalden in de hoogte in ribbelsteek en 1 draad van elke kwaliteit (= 2 draden) = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 5 mm: Lengte: 80 cm
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm brei dan verder met grotere naalden. Als u te weinig steken heeft op 10 cm brei dan verder met kleinere naalden.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Delight
DROPS Delight
75% wol, 25% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 5.05 € /25g

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen laten alle naalden aan de goede kant zien en hoe u moet minderen in de verschillende herhalingen.

TIP VOOR HET MINDEREN-1:
Brei telpatroon A.1 over de eerste steken op de naald (gezien aan de goede kant).
Herhaal A.1 in de hoogte 8 keer in totaal (= 24 steken geminderd in de herhaling). Brei verkorte toeren en ribbelsteek over de hele herhaling.
Iedere keer dat er een nieuwe herhaling met verkorte toeren begint, begint het minderen opnieuw. Dus er worden 24 steken geminderd in elk van de eerste 3 herhalingen.

TIP VOOR HET MINDEREN-2:
Brei telpatroon A.2 over de eerste steken op de naald (gezien aan de goede kant). Herhaal A.2 in de hoogte 4 keer in totaal, brei dan de eerste 6 naalden in telpatroon (= 13 steken geminderd in de herhaling). Brei verkorte toeren en ribbelsteek over de hele herhaling.
Iedere keer dat er een nieuwe herhaling met verkorte toeren begint, begint het minderen opnieuw. Dus er worden 13 steken geminderd in elk van de laatste 2 herhalingen op de omslagdoek.

TIP VOOR HET BREIEN:
Om een groot gaatje te voorkomen bij het keren van het werk op de verkorte toeren trekt u het garen aan voordat u verder breit.

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

OMSLAGDOEK - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Brei het werk heen en weer in 5 herhalingen met verkorte toeren. Brei vanaf de bovenkant van de omslagdoek en naar beneden richting een onderrand op de omslagdoek.

OMSLAGDOEK/SJAAL:
Zet 272 steken op rondbreinaald 5 mm met 1 draad Delight en 1 draad Kid-Silk (= 2 draden). Brei 2 ribbels in RIBBELSTEEK - lees uitleg hierboven.

1e HERHALING:
Brei verkorte toeren zoals uitgelegd hieronder en minder tegelijkertijd aan de binnenkant van de 2 steken in ribbelsteek op het begin van de naald aan de goede kant - lees TIP VOOR HET MINDEREN-1 en telpatroon A.1! Brei verkorte toeren als volgt:
NAALD 1 (= goede kant): Brei alle steken recht, keer het werk.
NAALD 2: Brei recht terug.
NAALD 3: Brei recht tot er 4 steken over zijn, keer het werk – lees TIP VOOR HET BREIEN!
NAALD 4: Brei recht terug.
NAALD 5: Brei recht tot er 7 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant, keer het werk.
NAALD 6: Brei recht terug. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Ga zo verder en brei tot er 7 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant, doe dit 4 keer (= 5 keer in totaal), brei dan tot er 8 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant 25 keer in totaal. Als alle verkorte toeren zijn gebreid, zijn er 32 ribbels en zijn er 24 steken geminderd in deze herhaling = 248 steken op de naald. Brei recht tot er 4 steken over zijn, keer het werk en brei recht terug. De 1e herhaling is nu klaar en er zijn 33 ribbels gebreid.

2e HERHALING:
Brei verkorte toeren zoals uitgelegd hieronder en minder tegelijkertijd aan de binnenkant van de 2 steken in ribbelsteek op het begin van de naald aan de goede kant - lees TIP VOOR HET MINDEREN-1 en telpatroon A.1! Brei verkorte toeren als volgt:
NAALD 1 (= goede kant): Brei alle steken recht, keer het werk.
NAALD 2: Brei recht terug.
NAALD 3: Brei recht tot er 4 steken over zijn, keer het werk – denk om TIP VOOR HET BREIEN!
NAALD 4: Brei recht terug.
NAALD 5: Brei recht tot er 7 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant, keer het werk.
NAALD 6: Brei recht terug.
Ga zo verder en brei tot er 7 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant, doe dit 28 keer (= 29 keer in totaal), brei dan tot er 8 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant, 1 keer in totaal. Als alle verkorte toeren zijn gebreid, zijn er 32 ribbels en zijn er 24 steken geminderd in deze herhaling = 224 steken op de naald. Brei recht tot er 4 steken over zijn, keer het werk en brei recht terug. De 2e herhaling is nu klaar en er zijn 33 ribbels gebreid.

3e HERHALING:
Brei verkorte toeren zoals uitgelegd hieronder en minder tegelijkertijd aan de binnenkant van de 2 steken in ribbelsteek op het begin van de naald aan de goede kant - lees TIP VOOR HET MINDEREN-1 en telpatroon A.1! Brei verkorte toeren als volgt:
NAALD 1 (= goede kant): Brei alle steken recht, keer het werk.
NAALD 2: Brei recht terug.
NAALD 3: Brei recht tot er 4 steken over zijn, keer het werk – denk om TIP VOOR HET BREIEN!
NAALD 4: Brei recht terug.
NAALD 5: Brei recht tot er 6 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant, keer het werk.
NAALD 6: Brei recht terug.
Ga zo verder en brei tot er 6 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant, doe dit 21 keer (= 22 keer in totaal), brei dan tot er 7 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant, 8 keer in totaal. Als alle verkorte toeren zijn gebreid, zijn er 32 ribbels en er zijn 24 steken geminderd in deze herhaling = 200 steken op de naald. Brei recht tot er 4 steken over zijn, keer het werk en brei recht terug. De 3e herhaling is nu klaar en er zijn 33 ribbels gebreid.

4e HERHALING:
Brei verkorte toeren zoals uitgelegd hieronder en minder tegelijkertijd aan de binnenkant van de 2 steken in ribbelsteek op het begin van de naald aan de goede kant - lees TIP VOOR HET MINDEREN-2 en telpatroon A.2! Brei verkorte toeren als volgt:
NAALD 1 (goede kant): Brei alle steken recht, keer het werk.
NAALD 2: Brei recht terug.
NAALD 3: Brei recht tot er 4 steken over zijn, keer het werk – denk om TIP VOOR HET BREIEN!
NAALD 4: Brei recht terug.
NAALD 5: Brei recht tot er 5 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant, keer het werk.
NAALD 6: Brei recht terug.
Ga zo verder en brei tot er 5 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant 3 keer (= 4 keer in totaal), brei dan tot er 6 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant, 26 keer in totaal. Als alle verkorte toeren zijn gebreid, zijn er 32 ribbels en zijn er 13 steken geminderd in deze herhaling= 187 steken op de naald. Brei recht tot er 4 steken over zijn, keer het werk en brei recht terug. De 4e herhaling is nu klaar en er zijn 33 ribbels gebreid.

5e HERHALING:
Brei verkorte toeren zoals uitgelegd hieronder en minder tegelijkertijd aan de binnenkant van de 2 steken in ribbelsteek op het begin van de naald aan de goede kant - lees TIP VOOR HET MINDEREN-2 en telpatroon A.2! Brei verkorte toeren als volgt:
NAALD 1 (= goede kant): Brei alle steken recht, keer het werk.
NAALD 2: Brei recht terug.
NAALD 3: Brei recht tot er 4 steken over zijn, keer het werk – denk om TIP VOOR HET BREIEN!
NAALD 4: Brei recht terug.
NAALD 5: Brei recht tot er 5 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant, keer het werk.
NAALD 6: Brei recht terug.
Ga zo verder en brei tot er 5 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant, doe dit 16 keer (= 17 keer in totaal), brei dan tot er 6 steken meer over zijn dan op de vorige naald aan de goede kant 13 keer in totaal. Als alle verkorte toeren zijn gebreid, zijn er 32 ribbels en zijn er 13 steken geminderd in deze herhaling = 174 steken op de naald. Brei recht tot er 4 steken over zijn, keer het werk en brei recht terug. De 5e herhaling is nu klaar en er zijn 33 ribbels gebreid.

Brei 2 ribbels heen en weer over alle steken. Kant af, maar zorg ervoor om een strakke afkantrand te voorkomen door 1 omslag te maken na ongeveer iedere 5e steek. Kant de omslagen af als normale steken.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant
symbols = recht op de verkeerde kant
symbols = 2 recht samen (= 1 steek geminderd)
symbols = 3 recht samen (= 2 steken geminderd)
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 203-15

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (23)

country flag Luise Rosa wrote:

Dank für Ihre Antwort-ich gebe nicht auf! nochmals: A1 hat 8Reihen - 1.Rap A1 beginnt mit: über alle Ma stricken, 3.R 1Ma abnehmen-am Ende 4 Ma übrig, 5.R stricken bis 7 Ma übrig, 7.R 2Ma abnehmen, stricken bis 7Ma übrig. OK! Nach der 8.R müsste ich wieder mit A1 beginnen: hin und rück über alle Ma stricken, 11.R 1Ma abnehmen, bis 4 Ma stricken, wenden - 13.R bis 7 Ma stricken usw. ODER - 9.R bis 7 Ma übrig, 11.R bis 7Ma übrig, 13. R??? 15R? in welchen Reihen muss ich dann abnehmen?

17.08.2020 - 09:49

DROPS Design answered:

Liebe Luise Rosa, nach der 8. Reihe stricken Sie die verkürzten Reihen weiter wie zuvor, dh immer noch bis 7 M übrig sind (insgesamt 5 Mal bis 7 M übrig sind), dann stricken bis 8 M übrig sind, insgesamt 25 Mal. So stricken Sie 3 Krausrippen (= die 6 ersten Reihen) + 4 Krausrippe (bis 7 mehr M bleiben) + 25 Krausrippen (bis 8 M mehr bleiben) = 32 Krausrippen = 64 Reihen (= 8 Mal die 8 Reihen in A.1 = A.1 wird insegesamt 8 Mal in der Höhe wiederholt) = 8 Mal 3 M abegnommen = 24 M abgenommen. Viel Spaß beim stricken!

17.08.2020 - 11:13

country flag Luise Rosa wrote:

Hallo Drops-Team, trotz Fragen bei Strickexpertinnen verstehe ich/wir die Anleitung (Rapport-Beschreibung) nicht - Rapport 1 besteht aus 8 Reihen, in der 3. und 7. Reihe wird jeweils abgenommen - richtig? Werden verkürzte Reihen in jeder Hinreihe gestrickt? 2) wie wird die 7. Reihe, die 9. Reihe, usw. gestrickt? Verkürzt? Bei wie vielen Maschen muss ich wenden? 3) Wie oft muss ich Rapport 1 stricken? Vielen Dank für die Hilfe Luise

03.08.2020 - 12:29

DROPS Design answered:

Liebe Frau Rosa, in jedem Rapport stricken Sie verkürzten Reihen, dh bei dem 3. Reihe (=Hinreihe) stricken Sie bis 4 Maschen übrig sind - dann in jeder 2. Reihe stricken Sie bis 7 M mehr als in der vorherigen Hinriehe übrig war (insgesamt 5 x), dann stricken Sie die verkürzten Reihen bis 8 M mehr als zuvor übrig sind - es wurden 32 Krausrippen gestrickt wenn das 1. Rapport fertig ist. z.B. bei 7. Reihe stricken Sie bis 4 (3. Reihe) + 7 (5.Reihe) + 7 (7. Reihe) = 21 M übrig sind, bei 9. Reihe bis 21+7= 28 M übrig sind, usw. Viel Spaß beim stricken!

03.08.2020 - 13:29

country flag Marianne wrote:

Er det rigtigt, at det ene øverste hjørne bliver meget mindre spidst end det andet, fordi man strikker over alle masker flere gange?

15.05.2020 - 20:04

DROPS Design answered:

Hej Marianne, ja det stemmer, det bliver som det du kan se på billedet. God fornøjelse!

22.05.2020 - 12:21

country flag Mijke Stoetzer wrote:

Beste heer/mevrouw, ik heb een vraag over het patroon 203-15. Wat moet ik na naald 6 doen? in de eerste herhaling? Moet ik naald 1 t/m 6 blijven herhalen, tot er 33 ribbels zijn gebreid? Of wordt er iets anders bedoeld? Groetjes Mijke Stoetzer

03.04.2020 - 13:25

DROPS Design answered:

Dag Mijke,

Je gaat op dezelfde manier verder, maar je zorgt ervoor dat er steeds 7 steken méér over zijn dan de vorige keer. Dus naald 5 en 6 herhaal je nog 5 keer (in totaal 5 keer). Daarna doe je hetzelfde maar zorg je ervoor dat je 8 steken (in plaats van 7 steken) méér over hebt en dit doe je 25 keer in totaal.

04.04.2020 - 18:47

country flag Myriam wrote:

Merci beaucoup de vos explications, bonne journée.

10.03.2020 - 13:08

country flag Myriam wrote:

Bonjour, je n'arrive pas à comprendre, au rang 5 pour le rang raccourci, on diminue de 7 mailles ou de 7+ 4 mailles de plus? et quand "Continuer ainsi et tricoter encore 4 fois jusqu'à ce qu'il reste 7 mailles de plus", cela veut dire que l'on tricote encore 4 fois la série de 6 rang?svp et pour les 25 fois , c'est quels rangs qu'il faut répéter? merci de votre réponse cela fait 3 jours que je fais et défait

09.03.2020 - 16:44

DROPS Design answered:

Bonjour Myriam, effectivement, au rang 5 on tricote jusqu'à ce qu'il reste 4 m + 7 m soit 11 m, puis on va tourner quand il reste 11 + 7 m et ainsi de suite jusqu'à ce qu'on ait tourné 5 fois au total en laissant 7 m de plus (en arrêtant de tricoter quand il reste 7 m de plus que la fois précédente). Ensuite, on continue de la même façon mais en laissant 8 mailles de plus et ce 25 fois au total, et ainsi de suite. en même temps, tricotez A.1 comme avant - cf DIMINUTIONS-1. Bon tricot!

10.03.2020 - 10:12

country flag Jani Zeidler wrote:

Ich arbeite am Mermaid Wrap Bin beim ersten Rapport. In der Anleitung wird Diagramm A1 angegeben aber nur über 6 Rd. gestrickt. Das Diagramm A1 hat aber 8 Rd angegeben... Bin da grade etwas verwirrt. Danke für eure Hilfe

16.01.2020 - 20:46

DROPS Design answered:

Liebe Frau Zeidler, A.1 wird über 8 Reihen gestrickt und so weiterwiederholt, wir beschrieben die 6 ersten Reihen, aber dann stricken Sie weiter wie zuvor ber bis mehr Maschen bleiben (= zuerst 7 Maschen mehr, dann 8 Maschen, usw). Viel Spaß beim stricken!

17.01.2020 - 08:57

country flag Margrit Meyer wrote:

Ich möchte Drops Delight für einen Schal aus der Fernsehsendung Kaffee oder Tee verstricken. Ich bin äußerst empfindlich gegen Kratzwolle. Ich verhält sich da die Delight?

23.11.2019 - 14:49

DROPS Design answered:

Liebe Frau Meyer, nehmen Sie bitte Kontakt mit Ihrem DROPS Laden auf (auch telefonisch oder per Mail), so kann man Ihnen am besten weiterhelfen. Viel Spaß beim stricken!

25.11.2019 - 08:17

country flag Ljerka wrote:

Where the heart is located, I can't find it? Thank you! Kind regards Ljerka

13.09.2019 - 01:44

DROPS Design answered:

Dear Ljerka, you will find the heart after the icon for Comments / FAQ / icon Print. Happy knitting!

13.09.2019 - 08:02

country flag Ljerka wrote:

How do I add patter to my favourites?

12.09.2019 - 07:57

DROPS Design answered:

Hi Ljerka, on the site with the pattern, look for a heart and click on it. Then, you will be asked to enter your email in order to save all your favourite patterns in one place. Kind regards from DROPS Design

12.09.2019 - 08:36