-------------------------------------------------------
Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger
-------------------------------------------------------
= wit | |
= wit, averecht | |
= blauw | |
= groen |
Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.
Deze stap-voor-stap instructie kan tevens behulpzaam zijn:
Waarom is de stekenverhouding zo belangrijk?
De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.
De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.
De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.
Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet
Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt
Hoe weet ik hoeveel bollen ik nodig heb?
De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.
Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.
LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Wat zijn de garengroepen?
Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.
Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep
Hoe gebruik ik de garenvervanger?
Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).
Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.
Waarom staan er garens in de patronen die niet meer leverbaar zijn?
Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.
Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.
Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.
What size should I knit?
Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.
U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.
Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen
Waarom krijg ik de verkeerde stekenverhouding met de aangegeven naalddikte?
De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.
Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.
Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding
Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding
Waarom wordt het patroon van boven naar beneden gereid?
Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.
In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.
Hoe brei ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.
Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.
Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?
Hoe haak ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.
Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.
Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.
Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.
Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken
Hoe brei/haak je verschillende telpatronen tegelijkertijd op dezelfde naald/toer
Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.
De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest
Waarom zijn de mouwen korter in de grotere maten?
De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.
Waar op het kledingstuk wordt de lengte gemeten??
De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.
Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.
Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen
Wat is een herhaling?
Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.
Waarom begint het werk met meer lossen dan waarmee gehaakt wordt?
Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.
Waarom meerderen voor de boord als het werk van boven naar beneden gebreid wordt?
De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.
Waarom meerderen in de afkantrand?
Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.
Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen
Hoe meerder/minder je afwisselend op elke 3e en 4e naald/toer?
Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.
Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend
Hoe kan ik een vest in de rondte breien, in plaats van heen en weer?
Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.
Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen
Kan ik een trui heen en weer breien in plaats van in de rondte?
Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?
Waarom is het patroon een beetje anders dan wat ik op de foto zie?
Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.
Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!
Hoe verander ik een kledingstuk voor dames in eentje voor heren?
Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.
Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.
Hoe voorkom ik dat een harig kledingstuk gaat pillen of pluizen?
Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.
Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:
1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt
2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.
3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.
4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.
Waarom pilt mijn kledingstuk?
Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.
U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.
Nighty Night |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
DROPS trui met sterpatroon, broek, muts, sokken en wanten van “Camelia”.
DROPS Baby 2-13 |
|||||||||||||
TRUI: Stekenverhouding: 24 st x 32 nld op naalden 3 mm in patroon en tricotsteek = 10 x 10 cm. Boordsteek: * 1 recht, 1 averecht*. Herhaal van * - *. Patroon: Zie telpatronen. (1 telpatroon = 1 herhaling). De goede kant van het patroon is weergegeven en het patroon wordt geheel gebreid in tricotsteek. De Nederlandse vertaling van de termen in de teltekening staat onderaan dit patroon in dezelfde volgorde als de termen in de teltekening staan. Voorpand en achterpand: worden in de rondte gebreid op de rondbreinaald. Zet 120-132-144-158 st op met rondbreinaalden 2.5 mm en wit en brei in de rondte; plaats een markeerdraad waar de eerste en de laatste steek samenkomen. Brei 3-3-3-4 cm Boordsteek. Ga verder met naalden 3 mm en M.1, meerder tegelijkertijd 0-0-0-10 st gelijkmatig verdeeld over de eerste naald = 120-132-144-168 st. Denk om de stekenverhouding. Ga bij een hoogte van 11-13-15-17 cm (pas aan zodat PATROON M1 mooi eindigt) verder in M.2 (zorg dat één herhaling van M2 netjes middenvoor komt). Verdeel tegelijkertijd bij een hoogte van 15-16-19-20 cm het werk in 2 delen en brei het voorpand en achterpand apart verder. Voorpand: = 60-66-72-84 st. Brei na M.2 verder in M.3. Kant bij een hoogte van 23-25-29-31 cm de middelste 10-14-16-18 st af voor de hals. Rechterschouder: minder om de naald voor de hals: 1 keer 3 st, 2 keer 2 st, 1 keer 1 st. Kant de overgebleven st af op de schouder bij een hoogte van 27-29-33-35 cm. Linkerschouder: minder voor de hals om de naald: 1 keer 3 st, 1 keer 1 st. Ga bij een hoogte van 26-28-32-34 cm verder met naalden 2.5 mm en brei 2 cm Boordsteek, maar maak na 2 nld 2 knoopsgaten gelijkmatig verdeeld over de schouder. 1 knoopsgat = kant 2 st af en zet 2 nieuwe st op boven de afgekant st in de volgende naald. Kant af bij een hoogte van 28-30-34-36 cm. Achterpand: = 60-66-72-84 st. Ga verder in patroon. Kant bij een hoogte van 25-27-31-33 cm de middelste 18-22-24-26 st af voor de hals. Rechterschouder: minder om de naald voor de hals: 1 keer 3 st, 1 keer 1 st. Kant de overgebleven st op de schouder af bij een hoogte van 27-29-33-35 cm. Linkerschouder: ga bij een hoogte van 26-28-32-34 cm verder met naalden 2.5 mm en brei 2 cm Boordsteek. Kant af bij een hoogte van 28-30-34-36 cm. Mouw: Zet 38-40-40-42 st op met breinaalden zonder knop 2.5 mm en groen en brei in de rondte; plaats een markeerdraad waar de eerste en de laatste steek samenkomen. Brei 2-2-3-3 cm Boordsteek, maar ga na 2 naalden verder met wit. Ga verder met naalden 3 mm in M.1, meerder tegelijkertijd 2-4-8-10 st gelijkmatig verdeeld over de naald = 40-44-48-52 st. Meerder 2 st midden onder (1 st aan iedere kant van de markeerder) in totaal 9-9-10-10 keer als volgt: Maat 3 maanden: iedere 4e naald Maat 6/9 maanden: afwisselend iedere 5e en 6e naald Maat 12/18 en 24 maanden: iedere 5e naald = 58-62-68-72 st. Brei bij een hoogte van 8-12-14-15 cm M.4 (zorg dat M.1 eindigt in naald 7 of 10). Kant af na M.4, het werk is ongeveer 16-20-22-23 cm hoog. Afwerking: Naai de schoudernaden. Neem ongeveer 80-90 st op met naalden 2.5 mm en wit en brei 2 cm Boordsteek, maak tegelijkertijd een knoopsgat na 2 naalden in lijn met de andere knoopsgaten in het lijf. Naai de mouwen in de trui en naai de knopen aan. BROEK: Maat: 3 – 6/9 – 12/18 -24 maanden DROPS rondbreinaald en naalden zonder knop 2.5 mm en 3 mm Stekenverhouding: 24 st x 32 nld op naalden 3 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm. Boordsteek: * 1 recht, 1 averecht*. Herhaal van * - *. Tunnel: 3 cm tricotsteek, 1 naald av (de vouwrand, meet het werk vanaf hier), 3 cm tricotsteek. Rechterpijp: Zet 46-50-54-58 st op met breinaalden zonder knop 2.5 mm met blauw en brei in de rondte; plaats een markeerdraad waar de eerste en de laatste steek samenkomen. Brei 6 cm Boordsteek. Ga verder met naalden 3 mm in tricotsteek, meerder tegelijkertijd 12-12-12-14 st gelijkmatig verdeeld over de eerste naald = 58-62-66-72 st. Meerder nu aan beide kanten van de markeerdraad iedere 4e naald: 5 keer 1 st = 68-72-76-82 st. Verdeel bij een hoogte van 19-21-24-28 cm het werk aan de binnenkant van de pijp (= split) en brei de pijp verder heen en weer op de naalden. Meerder 1 st aan iedere kant voor de naad. Kant bij een hoogte van 21-23-26-30 cm 3 st af aan iedere kant = 64-68-72-78 st. Leg het werk apart en brei de andere pijp. Linkerpijp: brei als de rechter pijp. Broek: Zet de linker- en de rechterpijp op dezelfde rondbreinaald en meerder 1 st aan iedere kant op beide pijpen = 130-138-146-158 st. Meerder middenachter aan beide zijkanten van de middelste 2 st in iedere 3e naald: 4 keer 1 st; minder tegelijkertijd middenvoor iedere 3e naald aan beide zijkanten van de middelste 2 st: 5 keer 1 st als volgt: 2 st r samenbreien achter in de st, brei de 2 middelste st recht, 2 st r samenbreien = 128-136-144-156 st. Ga bij een hoogte van 38-42-47-52 cm verder met naalden 2.5 mm en minder tegelijkertijd 8-12-14-16 st gelijkmatig verdeeld over de naald = 120-124-130-140 st. Brei de Tunnel, kant dan alle st af. Het werk is ongeveer 41-44-50-55 cm hoog. Naai de split dicht aan de binnenkant van de pijpen. Vouw de Tunnel dubbel naar de VERKEERDE KANT en zet het beleg vast, maar laat een klein stukje open. Haal een stuk elastiek door de opening in de tunnel en zet het vast. MUTS: Maat: 3 – 6/9 – 12/18 -24 maanden Voor een hoofdomtrek van: 45-45-50-50 cm. DROPS breinaalden zonder knop 2.5 mm en 3 mm. Stekenverhouding: 24 st x 32 nld op naalden maat 3 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm. Boordsteek: * 1 recht, 1 averecht*. Herhaal van * - *. Zet 108-108-120-120 st op met breinaalden zonder knop 2.5 mm met groen en brei in de rondte. Brei 2 cm Boordsteek, maar ga na 2 naalden verder met wit. Ga verder met naalden 3 mm en brei verder M.5. Brei na M.5 de muts af in M.1. Plaats bij een hoogte van 14-15-16-18 cm een Markeerdraad (MD) na iedere 36-36-40-40 st (= 3 MD). Minder nu 1 st aan beide zijkanten van de MD in totaal 16-16-18-18 keer (6 st minder per naald) afwisselend iedere 4 en 5 naald = 12-12-12-12 st. Knip een hulpdraad, haal deze door de overgebleven st en trek de draad samen. De muts is ongeveer 36-37-41-43 cm hoog. Maak een klosje met franjes en maak deze vast bovenop de muts. SOKKEN: Maat: 3 – 6/9 – 12/18 -24 maanden Voetlengte: 10-11-12-14 cm DROPS breinaalden zonder knop 2.5 mm en 3 mm. Stekenverhouding: 24 st x 32 nld op naalden maat 3 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm. Boordsteek: * 1 recht, 1 averecht*. Herhaal van * - *. Zet 38-40-42-42 st op met naalden zonder knop 2.5 mm met blauw en brei 5-6-7-8 cm in Boordsteek als volgt: 2 naalden blauw, 3 naalden groen, 2 naalden blauw en ga dan verder met wit en doe dat met naalden 3 mm. Brei de hiel als volgt: 3 cm tricotsteek heen en weer op de naalden over de 18 st middelste st middenachter. Minderingen voor de hiel: Naald 1: 10 r, 2 st r samen achter in de st, 1 st r, keer het werk. Naald 2: haal 1 st af alsof je deze av breit, 4 av, 2 av samen, 1 st av, keer het werk. Naald 3: haal 1 st af alsof je deze r breit, 5 r, 2 st r samen achter in de st, 1 st r, keer het werk. Naald 4: haal 1 st af alsof je deze av breit, 6 av, 2 st av samen, 1 st av, keer het werk. Naald 5: haal 1 st af alsof je deze r breit, 7 r, 2 st r samen achter in de st, 1 st r, keer het werk. Naald 6: haal 1 st af alsof je deze av breit, 8 av, 2 st av samen, 1 st av, keer het werk. Naald 7: 2 st r samen, 8 r, 2 st r samen achter in de st. = 10 st op de naald. Neem 7 st op aan beide zijkanten van de hiel en zet alle st op de naalden = 44-46-48-48 st. Ga verder in Boordsteek over de middelste 20-22-24-24 st en brei de overige st in tricotsteek. Minder tegelijkertijd 3 keer 1 st aan beide zijkanten van het Boordsteek deel = 38-40-42-42 st. Ga verder tot een voetlengte van 8-8.5-9.5-11.5 cm, brei 1 naald tricotsteek en ga verder met groen. Plaats een markeerdraad aan iedere kant van het boordsteek deel. Minder aan beide zijkanten van de markeerdraad (= 4 minderingen per naald) in iedere naald: 7-8-8-8 keer 1 st = 10-8-10-10 st. Knip een hulpdraad, haal deze door de overgebleven st en zet ze vast. WANTEN: zie Babydrops 2, patroon 3. Brei de wanten in wit. |
|||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Met meer dan 40 jaar ervaring in brei- en haakdesign biedt DROPS Design één van de meest uitgebreide collecties van gratis patronen aan op internet vertaald in 304 talen. Tot en met vandaag hebben wij 11422 boeken en 11129 patronen gepubliceerd.
Wij werken hard om u het beste van haken en breien te bieden; patronen, inspiratie, advies en natuurlijk garens van uitstekende kwaliteit voor de allerbeste prijzen! Wilt u onze patronen gebruiken voor meer dan privégebruik? U kunt lezen wat wel en niet is toegestaan is in de Copyright tekst, die u onderaan elk patroon kunt vinden. Veel handwerkplezier!
Opmerkingen / Vragen (22)
Irmgard Paula wrote:
Die Mengenangaben sind zu hoch. Für den Pullover in Größe 6/9 benötigt man max. 100g in weiß. Mir sind 70g übrig geblieben, ich habe nach Anleitung 150g gekauft. Für die Socken stehen 100g in der Anleitung. Die Socken wiegen 25g!
22.06.2022 - 08:58Hella Von Stürmer wrote:
Hallo liebes Drops Team, welchen Konfektionsgrößen entsprechen die Monatsangaben? Ich brauche die Anleitung etwas größer als 80/86. Danke für eure Hilfe
05.10.2021 - 23:40DROPS Design answered:
Liebe Frau Von Stürmer, 80/86 cm entspricht eine Größe 24 Monate - gerne können Sie auch die Maßen bei der Maßskizze mal schauen um die Größe zu wählen - hier lesen Sie mehr. Viel Spaß beim stricken!
06.10.2021 - 07:56June wrote:
Jag stickar tröjan och har kommit till där jag ska dela fram och bakstycket och sticka var för sig. Jag har 168 m och framstycket är 78 m och bakstycket 78. Min fråga är vad är de resterande 12 m ?
27.06.2021 - 09:00DROPS Design answered:
Hei June. Her er det noe feil i den svenske oppskriften under Forstykket, Høyre skulder, Bakstykket og Høyre skulder i den største størrelsen. Det skal være: ...Framst: = 60-66 (72-84) m... + ... Maska av de resterande 17-18 (20-25) m... + ... Bakst: = 60-66 (72-84) m.... + ...Maska av de resterande 17-18 (20-25) m... Takk for at du gjorde oss oppmerksom på dette, vi skal ordne dette asap. mvh DROPS design
28.06.2021 - 14:35Kaja wrote:
Hallo, was ist die Alternative für DROPS Camelia/Jasmin DROPS Camelia/Jasmin 100% reine Lammwolle . DROPS design: Modell Nr. Ø-021-by DANKE
24.02.2021 - 13:10DROPS Design answered:
Liebe Kaja, für dieses Modell schlagen wir jetzt DROPS Baby Merino vor, aber gerne können Sie die anderen Alternative mit dem Garnumrechner finden. Viel Spaß beim stricken!
24.02.2021 - 15:10Maud Lindeberg wrote:
Hej! I slutet på beskrivningen står det: Montering: Sy axelsömmen. Plocka upp ca 80 - 90 m runt halsen på rundst 2,5 med vit och sticka 2 cm resår fram och tillbaka på st, samtidigt avm det till 1 knapphål över de andra. Jag förstår inte. Varför ska man göra två knapphål över de två andra man redan gjort? På bilden ser den tredje knappen ut att sitta långt ifrån de andra två, som man skulle fördela jämnt över maskorna. Då blir det helt fel.
26.01.2021 - 00:47DROPS Design answered:
Hej Maud. Knapparna ska sitta med jämna mellanrum så jag tror att bilden är lite missvisande. Den tredje knappen är den som sitter längst mot halsen så de tidigare 2 ska placeras vid andra kanten vid mitten på stycket. Mvh DROPS Design
28.01.2021 - 13:03Anneli wrote:
Hei igjen det er i m2 jeg lurer-skulle hatt136 masker for at mønsteret stemmer!
12.10.2018 - 09:25DROPS Design answered:
Hei Anneli. Se svar på forrige spørsmål. God fornøyelse
22.10.2018 - 10:49Anneli wrote:
Hei strikker 6/9 mnd. Madkeantall;132masker og skal til på m3 på bilen til genseren. Når jeg strikker rundt, stemmer ikke madkeantallet med mønsteret-sånn at «skøyten « blir fin med mønster! Jeg mangler fire masker! Hva gjør jeg da?
12.10.2018 - 09:10DROPS Design answered:
Hei Anneli. Det stemmer at mønsteret dessverre ikke går opp i alle størrelsene. Du strikker det meste av M.2 etter at arbeidet er delt, så du har 66 masker på pinnen. Fordi en mønsterrapport er 12 masker er det dessverre ikke mulig å få det til å gå opp i alle størrelser om cm-målene skal passe. God fornøyelse.
22.10.2018 - 10:36Kris wrote:
The pattern states after M.2, complete piece in M.3. I don’t have an M.3 chart?
13.08.2018 - 19:26DROPS Design answered:
Hi Kris. There was a mistake with the naming of the diagrams, this has now been corrected. Apologies for any inconvenience this may have caused. Happy knitting
23.08.2018 - 14:46Claudia Lehne wrote:
Guten Tag liebes Drops Desing, lch verstehe es nicht bei dem Pulli bei den Ärmel teilen? Was und wie soll ich da etwas teilen es gibt doch keine Ärmelabnahme? Auch verstehe ich was nicht bei den Schultern 3Mx1 2Mx2 1Mx1ich bin nicht so firm im stricken...können sie mir weiter helfen? Vielen Dank für Ihre Bemühungen Mit Besten Grüßen Claudia Lehne
13.03.2018 - 23:19DROPS Design answered:
Liebe Frau Lehne, es stimmt, keine Maschen werden für das Armloch abgekettet. wenn Sie jedes Teil einzeln fertig stricken. Dann werden Sie für das Halsausschnitt Maschen abketten, dh am Anfang jeder Reihe von Hals werden: 3 Masche 1 Mal, 1 Masche 2 Mal und 1 Masche 1 Mal abgekettet. Viel Spaß beim stricken!
14.03.2018 - 09:44Astrid wrote:
Jeg mener at det er en feil i oppskriften, feil på angitt mål på buksa, størrelse 6-9 mnd., det står avsluttende mål 41-54(50-55) cm.Det kan vel ikke stemme at buksa skal være 54 cm lang, det riktige må være 45 cm, altså at de to tallene har blitt byttet om?
06.03.2018 - 22:33