DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.90 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS 86-4
Maat: One-size
Materialen: DROPS Alpaca van Garnstudio
100 gr nr. 0501, lichtgrijs

DROPS Sokkenbreinld 3mm.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.90 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Stekenverhouding: 24 x 32 nld op breinld 3 mm in tricotst = 10 x 10 cm. Gebruik eventueel grotere of kleinere naalden om de juiste steekverhouding te krijgen. Brei een proeflapje!

Motief: zie teltekening M.1 (1 teltekening = 1 herhaling). Het telpatroon laat het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

Boordst: * 2 r, 2 av *, herhaal steeds *-*.

Ribbelst (heen en weer op de breinld): brei alle nld recht.

Wanten:
Zet 83 st op gelijkmatig verdeeld over 4 sokkenbreinld 3 mm met Alpaca. Brei het motief tot het begin van de vingers als volgt: 18 st in Boordst – begin met 2 av en plaats 1 markeerder tussen deze 2 st, brei M.1 (=midden bovenkant want), 52 st in Boordsteek (brei zodat de boordst gelijk zijn aan beide kanten van M.1, dus begin en eindig met 2 av).
Brei bij een hoogte van 24 cm 1 nld r over de boordst, maar brei – maar brei M.1 verder in patroon – en minder tegelijkertijd gelijkmatig 24 st in deze nld - minder niet over de st in M.1 = 59 st.
Ga nu verder in M.1 en brei de andere steken weer in boordsteek (begin met 2 av). Meet het werk nu vanaf hier!

Meerder vanaf een hoogte van 2 cm voor de duim als volgt: meerder 1 st aan beide kanten van de markeerder, deze 2 st = st voor de duim. Meerder hierna nog 6 keer 1 st aan beide kanten van deze 2 st in elke 2e nld = 14 st voor de duim (brei de nieuwe st gelijkmatig mee in Boordst). Plaats in de volgende nld deze 14 st + 1 st aan beide kanten ervan op een hulpdraad = 16 st. Zet nu 2 nieuwe st op achter deze = 57 st op de breinld. Plaats een markeerder voor de 2 nieuwe st = begin van de nld. Ga door met het breien voor de hand. Meerder bij een hoogte van 11 cm 1 st in de steken in M.1 = 58 st. Brei verder in Boordst over alle st (ook boven M.1). Brei de volgende nld als volgt: 2 st boven de duim, 21 st Boordst, plaats dan 11 st op een hulpdraad (nr. 1) voor de pink, zet 1 nieuwe st op en brei de overige 24 st. Brei nog 4 nld Boordst over deze 48 st.

Plaats vervolgens de nieuwe st en 16 st van elke zijde van deze st (= 17 st) op een hulpdraad nr. 2.

Wijsvinger:
Brei 15 st en zet 1 nieuwe st op naast de andere st op de nld = 16 st. Brei 4 cm in Boordst en kant af.

Middelvinger:
Brei 8 st van de handpalm, zet 1 nieuwe st op, brei 8 st van de bovenkant hand en neem 3 st op naast de wijsvinger = 20 st. Brei 4 cm in Boordst en kant af.

Ringvinger:
Brei de laatste 17 st van hulpdraad nr. 2 en neem daarbij 3 st op naast de middelvinger = 20 st. Brei 4 cm in Boordst en kant af.

Pink:
Brei de 11 st van hulpdraad nr. 1 en neem nog 3 st op naast de ringvinger = 14 st. Brei 4 cm in Boordst en kant af.

Duim:
Brei de 16 st van de hulpdraad en neem daarbij 4 st op achter de hulpdraad = 20 st. Brei 5 nld in Boordst en kant af.

Brei de tweede want op dezelfde manier maar in spiegelbeeld. Meerder voor de duim aan het eind van de 2e nld. Maak de pink als volgt: Brei 24 st, plaats 11 st op een hulpdraad, zet 1 nieuw st op en brei 21 st + de 2 st bij de duim.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 20.09.2016
Wanten: Plaats in de volgende nld deze 14 st + 1 st van beide kanten op een draad = 16 st. Zet daarbij 2 nieuwe st op achter deze = 57 st op de breinld. Plaats een markeerder voor de 2 nieuwe st = begin van de nld.Ga door met het breien voor de hand. Meerder bij een hoogte van 11 cm 1 st bij de teltekening M.1 = 58 st. Brei door in Boordst over alle st (ook boven M.1). Brei de volgende nld als volgt: 2 st boven de duim, 21 st Boordst, plaats 11 st op een draad voor de pink, zet 1 nieuw st op en brei de overige 24 st. Brei nog 4 nld Boordst over deze 48 st.

Telpatroon

symbols = recht
symbols = averecht
symbols = 2 st op een hulpnld achter het werk leggen, 2 r, 2 r van de hulpnld
symbols = 2 st op een hulpnld voor het werk leggen, 2 r, 2 r van de hulpnld
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 86-4

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (28)

country flag Cindy wrote:

Bonjour, je suis arrivée au 11 cm et je ne comprends pas du tout la suite. Pourriez-vous m'aider svp.

28.10.2018 - 12:35

DROPS Design answered:

Bonjour Cindy, à 11 cm, vous augmentez 1 m au-dessus des mailles de M.1 = 58 mailles. Au tour suivant, mettez les mailles de l'auriculaire en attente, montez 1 m au-dessus des m en attente et terminez le tour. Tricotez maintenant 4 tours sur les 48 m et tricote ensuite chaque doigt séparément - en terminant par l'auriculaire (= les m en attente). Bon tricot!

29.10.2018 - 08:20

country flag Christine wrote:

Bonjour, J'ai terminé la mitaine gauche et je tricote la droite. Quand je dois constituer l'index, le majeur, l'annulaire et l'auriculaire, est- ce que je dois commencer par l'index ? Merci pour votre aide.

23.01.2018 - 15:55

DROPS Design answered:

Bonjour Christine, oui vous continuez de la même façon, mais les doigts doivent bien être du côté opposé par rapport à la 1ère mitaine (vérifiez bien avant de commencer). Bon tricot!

23.01.2018 - 18:01

country flag Christine wrote:

Bonsoir, Je viens de terminer la 1ère mitaine. Merci beaucoup pour vos explications. Grâce à elles, j'ai finalement réussi à achever la mitaine. J'ai travaillé pour la première fois en magic loop. Je trouve cette méthode formidable !

12.01.2018 - 20:58

country flag Christine wrote:

Bonjour, Je commence à tricoter les différents doigts de la mitaine et je rencontre des difficultés. J'ai regardé s'il existait un tutoriel mais je n'ai trouvé que celui concernant le pouce. Il serait très utile d'avoir une de vos vidéos magiques et si utiles ! Merci.

10.01.2018 - 11:00

DROPS Design answered:

Bonjour Christine, chaque doigt se fait individuellement dans un ordre précis, en commençant d'abord par l'index (= 7 m côté paume + 1 m montée côté auriculaire + 7 m côté dessus de la main + 1 m à monter = 16 m). Tricotez 4 cm sur ces 16 m et rabattez. Tricotez ensuite chaque doigt comme indiqué en relevant des mailles le long du doigt précédent et en montant 1 m côté mailles en attente. Bon tricot!

10.01.2018 - 13:36

country flag Heidi wrote:

Hei. Jeg kjøper vanligvis Drops garn, men hadde noe rest fra Sandnes liggende. Tenkte å bruke opp dette. Garnet er alpakka og sier pinne 3,5. Tenkte at jeg kjører på med pinne 2,5 og at pinnestørrelsen vil kompensere for at garnet er noe tykkere. Det gjør det ikke, og vantene blir alt for vise. Er det slik at jeg bare kan kutte vekk 10 masker for eksempel (og regne ut oppskriften med ferre masker), så vil vantene bli passelige?

11.11.2017 - 14:16

DROPS Design answered:

Hej Heidi, Du er nødt til at få strikkefastheden til at stemme med det som står i opskriften, ellers vil vanterne blive enten for store eller for små.

13.11.2017 - 14:37

country flag Monica wrote:

Det er litt uklart for meg hvor jeg skal begynne å øke til tommel-kile, det kommer vel ann på hvor mange masker man har felt mellom merketråd og M1? Så hvor mange masker før M1 skal man begynne å øke slik at M1 blir midt oppå hånda?

13.10.2017 - 01:27

DROPS Design answered:

Hei Monica. Man må felle det antallet (før M.1) slik at man kan strikke vrangborden med start og slutt med 2 vrang. Om man feller 4 masker jevnt fordelt før M.1 og 20 masker jevnt fordelt etter M.1, vil man kunne starte og slutte med 2 vrang før og etter M.1 (ikke fell maskene som har merketråden mellom seg). God Fornøyelse!

17.10.2017 - 08:32

country flag Jayne Walsh wrote:

Hi sorry forgot to put this as a question and not a comment Hi, Don't understand this part - Knit the next row as follows: 4 sts above gusset, 21 sts, put 13 sts on a st holder for little finger, cast on 1 new st and knit the remaining 24 sts. Join and knit 4 rows over these 48 sts. So 4 + 21 +1new + 24 = 50sts and not 48sts. Or am I reading this wrong? '

23.11.2016 - 16:31

DROPS Design answered:

Dear Mrs Walsh, there should be only 2 sts above gusset - correction will be added soon. Thank you. Happy knitting!

30.11.2016 - 11:53

country flag Nazzaro wrote:

Peux t on m aider sur la finition des doigts, suis arrivée au 11 cm, et je ne comprends pas la suite. Merci de bien vouloir m aider

05.12.2015 - 00:19

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Nazzaro, à 11 cm, augmentez 1 m au-dessus des mailles du diagramme et terminez le tour = 60 m au total. Terminez ensuite chaque doigt séparément en divisant les mailles comme indiqué, vous tricotez ensuite un doigt après l'autre sur les mailles indiquées. Bon tricot!

07.12.2015 - 09:27

Beatriz wrote:

Dear Drops, I believe something must me corrected on this pattern: After you increased 6 times, and there are 14 stitches for the gusset, there is a total of 71 stitches on the needles. If you put 16 stitches on a scrap yarn, there will be 55 stitches on the needles. In order to have the 59 stitches needed to continue the rib, you have to cast on 4 (FOUR) stitches behind the gusset, and not 2 like the pattern says. Kind regards, Beatriz

06.04.2015 - 19:17

country flag Sylvie wrote:

Il doit y avoir un problème dans le calcul des mailles : 83 m de départ me paraissent beaucoup trop. Sur les autres modèles, on monte environ 60 m...

12.10.2012 - 10:13

DROPS Design answered:

Bonjour Sylvie, ces mitaines sont hautes (= longues), on monte donc 83 m, mais à 24 cm, on diminue pour qu'il n'en reste que 59 et on tricote la partie "main". Bon tricot !

12.10.2012 - 10:38