DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 6.57€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Cocoa Beans Set

Gebreide muts, halswarmer met zadelschouder en wanten in DROPS Snow. Brei de hele set in structuurpatroon.

DROPS 214-23
DROPS design: Patroon ee-709
Garengroep E of C + C
-------------------------------------------------------

VOOR DE HELE SET:

MAAT:
S/M – M/L

MATERIAAL:
DROPS SNOW van garnstudio (behoort tot garengroep E)
350-400 g kleur 47, lichtbeige

MUTS:

MAAT:
S/M – M/L
Hoofdomtrek: Ongeveer 54/56– 56/58 cm

MATERIAAL:
DROPS SNOW van garnstudio (behoort tot garengroep E)
150-150 g kleur 47, lichtbeige

STEKENVERHOUDING:
11 steken in de breedte en 15 naalden in de hoogte in tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 8 mm
DROPS RONDBREINAALD 8 mm: Lengte 40 cm voor tricotsteek en structuurpatroon.
DROPS RONDBREINAALD 7 mm: Lengte 40 cm voor de boordsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met een kleinere naald.

HALSWARMER:

MAAT:
S/M – M/L

MATERIAAL:
DROPS SNOW van garnstudio (behoort tot garengroep E)
150-200 g kleur 47, lichtbeige

STEKENVERHOUDING:
11 steken in de breedte en 15 naalden in de hoogte in tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 8 mm : Lengte 40 en 60 cm voor tricotsteek en structuurpatroon.
DROPS RONDBREINAALD 7 mm : Lengte 40 en 60 cm voor de boordsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met een kleinere naald.

WANTEN:

MAAT:
S/M – M/L
Lengte: ongeveer 25-26 cm Omtrek: ongeveer 20-22 cm

MATERIAAL:
DROPS SNOW van garnstudio (behoort tot garengroep E)
100-100 g kleur 47, lichtbeige

STEKENVERHOUDING:
12 steken in de breedte en 16 naalden in de hoogte in tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 7 mm: Voor tricotsteek en structuurpatroon.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 6 mm: Voor de boordsteek.
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 6.57€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 naalden, dus brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel = brei 2 naalden recht.

PATROON:
Muts: Zie telpatroon A.1.
Halswarmer: Zie telpatroon A.2.
Wanten: Zie telpatroon A.3.
De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor de bovenkant van de muts):
Minder als volgt voor de markeerdraad: Begin 2 steken voor de markeerdraad, 2 recht samen (= 1 steek geminderd).
Minder als volgt na de markeerdraad: 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 1 steek geminderd).

TIP VOOR HET MEERDEREN (geldt voor de meerderingen voor de zadelschouder op de halswarmer):
VOOR DE MARKEERDRAAD:
De nieuwe steek wordt gedraaid, leunend richting rechts.
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken op te nemen van de naald eronder, neem draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus.
NA DE MARKEERDRAAD:
De nieuwe steek wordt gedraaid, leunend richting links.
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken op te nemen van de naald eronder, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek recht in de achterste lus.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

MUTS - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Wordt in de rondte gebreid op een korte rondbreinaald, van onder naar boven. Ga verder met breinaald zonder knop indien nodig. Vouw de onderkant 9 cm in de hoogte.

MUTS:
Zet 54-56 steken op een korte rondbreinaald 7 mm met Snow. Brei 12 cm boordsteek in de rondte = 1 recht/1 averecht.
Brei verder met een korte rondbreinaald 8 mm en brei in tricotsteek in de rondte. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Brei bij een hoogte van 18-19 cm vanaf de opzetrand, A.1 in de rondte. Als A.1 is gebreid, brei dan de rest van muts in tricotsteek.
Begin bij een hoogte van 29-30 cm vanaf de opzetrand met de minderingen op de bovenkant van de muts en minder zoals uitgelegd hieronder.
Voeg 6-7 markeerdraden in, 9-8 steken uit elkaar (zonder de steken te breien). Minder op de eerste naald 1 steek aan elke kant van de 6-7 markeerdraden – lees TIP VOOR HET MINDEREN (= 12-14 steken geminderd).
Minder zo iedere 3e-4e naald 3 keer in totaal in de hoogte = 18-14 steken over. Brei 1 naald zonder te minderen.
Brei op de volgende naald alle steken 2 aan 2 recht samen = 9-7 steken over. Knip het garen af. Haal het garen door de overgebleven steken, trek aan en hecht af. Het werk meet ongeveer 35-37 cm van boven naar beneden. Vouw de onderkant 9 cm om.

-------------------------------------------------------

HALSWARMER - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinaald, van boven naar beneden. Meerder voor de zadelschouder aan elke kant. Verdeel dan het werk - brei het achterpand en het voorpand apart heen en weer verder op de rondbreinaald tot de gewenste afmetingen.

HALSWARMER:
Zet 50-58 steken op een korte rondbreinaald 7 mm met Snow. Brei boordsteek in de rondte als volgt (vanaf de linkerschouder op de achterkant als de halswarmer gedragen wordt): * 1 averecht, 1 recht *, brei van *-* over de eerste 18-20 steken, 2 averecht, 1 recht, brei van *-* over de volgende 22-26 steken, 2 averecht, 1 recht, brei van *-* over de overgebleven 4-6 steken.
Ga zo verder met boordsteek voor 10 cm of tot de gewenste lengte.
Voeg nu 4 markeerdraden in het werk (zonder de steken te breien): Plaats markeerdraden tussen de steken en gebruik de markeerdraden bij het meerderen voor de zadelschouders.
Voeg de eerste markeerdraad in op het begin van de naald, tel 13-13 steken (= achterpand), voeg de 2e markeerdraad in voor de volgende steek, tel 12-16 steken (= schouder – de 2 averechte steken komen in het midden van deze 12-16 steken), voeg de 3e markeerdraad in voor de volgende steek, tel 13-13 steken (= voorpand), voeg de 4e markeerdraad in voor de volgende steek. Er zijn 12-16 steken over op de naald na de laatste markeerdraad (= schouder – de 2 averechte steken komen in het midden van deze 12-16 steken). Ga verder met rondbreinaald 8 mm, en meerder voor de zadelschouder zoals uitgelegd hieronder.

MEERDERINGEN VOOR DE ZADELSCHOUDER:
Brei in tricotsteek over de 13-13 steken op het achterpand en het voorpand en boordsteek zoals hiervoor over de 12-16 steken op elke schouder. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Meerder tegelijkertijd voor de zadelschouders op iedere naald als volgt: Meerder VOOR de 2e en 4e markeerdraad en NA de 1e en 3e markeerdraad – lees TIP VOOR HET MEERDEREN (= 4 steken gemeerderd – de gemeerderde steken worden onderdeel van het voor- en achterpand, dus de 12 schoudersteken blijven hetzelfde).
Meerder zo IEDERE naald - 8-10 keer in totaal = 82-98 steken.
Brei dan 4 naalden zoals hiervoor (met meerderingen zoals hiervoor op elk van deze 4 naalden), maar over de 12-16 steken op elke schouder breit u 2 ribbels in RIBBELSTEEK – lees uitleg hierboven = 98-114 steken op de naald na de laatste naald met meerderingen.
Kant op de volgende naald de schoudersteken af, dus brei de volgende naald als volgt: 3 averecht, brei in tricotsteek tot er 3 steken over zijn voor de 2e markeerdraad, 3 averecht, kant dan losjes de 12-16 schoudersteken af, 3 averecht, brei in tricotsteek tot er 3 steken over zijn voor de 4e markeerdraad, 3 averecht, en kant dan losjes de overgebleven 12-16 schoudersteken af.
Eindig het achter- en voorpand apart.

ACHTERPAND:
= 37-41 steken. Brei de eerste naald als volgt aan de goede kant: 3 kantsteken in RIBBELSTEEK – lees uitleg hierboven, brei A.2 tot er 4 steken over zijn op de naald, brei de eerste steek in A.2 (zodat het patroon begint en eindigt op dezelfde manier aan elke kant), en eindig met 3 kantsteken in ribbelsteek.
Ga verder met A.2 heen en weer gebreid zoals hiervoor met 3 kantsteken in ribbelsteek aan elke kant. Als A.2 in de hoogte is gebreid, meet het werk ongeveer 32-33 cm vanaf de opzetrand (gemeten midden achter).
Ga verder met rondbreinaald 7 mm en brei boordsteek aan de goede kant als volgt: 3 kantsteken in ribbelsteek, * 1 recht, 1 averecht *, brei van *-* tot er 4 steken over zijn op de naald, 1 recht en eindig met 3 kantsteken in ribbelsteek. Als er 4 naalden boordsteek zijn gebreid, kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht. Het werk meet ongeveer 34-35 cm vanaf de opzetrand midden achter.

VOORPAND:
= 37-41 steken. Brei zoals op het achterpand.

-------------------------------------------------------

WANTEN - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Brei het werk in de rondte op breinaalden zonder knop, van onder naar boven.

LINKER WANT:
Zet 24-26 steken op breinaalden zonder knop maat 6 mm met Snow. Brei 6 cm boordsteek in de rondte = 1 recht/1 averecht.
Brei verder met breinaalden zonder knop maat 7 mm, en brei A.3 in de rondte over alle steken. Ga zo verder in patroon - brei A.3 2 keer in totaal in de hoogte, brei dan de rest van want in tricotsteek. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Brei tegelijkertijd, bij een hoogte van 12-13 cm, een opening voor de duim op de volgende naald als volgt: Brei 6-6 steken zoals hiervoor, zet de volgende 5-6 steken op 1 hulpdraad voor de duim, zet 5-6 nieuwe steken op de naald over de steken op de hulpdraad, en brei de overgebleven 13-14 steken zoals hiervoor = 24-26 steken op de naalden.
Brei tot het werk 22-23 cm meet. Er is ongeveer 3 cm over tot de gewenste afmetingen, pas de want en brei tot de gewenste lengte.
Minder op de volgende naald, 6-6 steken verdeeld (brei iedere 3e en 4e steek recht samen) = 18-20 steken over.
Brei 2 naalden zonder te minderen. Brei op de volgende naald alle steken 2 aan 2 recht samen = 9-10 steken over. Brei op de volgende naald alle steken 2 aan 2 recht samen = 5-5 steken over. Knip het garen af en haal het door de overgebleven steken, trek samen en hecht af. De want meet ongeveer 25-26 cm van boven naar beneden.

DUIM:
Zet de 5-6 steken van de hulpdraad op breinaalden zonder knop maat 7 mm, en neem daarnaast 7-8 nieuwe steken op rondom de opening voor de duim = 12-14 steken op breinaalden zonder knop 7. Brei in tricotsteek in de rondte – minder TEGELIJKERTIJD op de eerste naald 2 steken verdeeld = 10-12 steken over. Brei tot de duim ongeveer 6-7 cm meet (gemeten vanaf waar steken terug gezet zijn op de naalden). Er is ongeveer 1 cm over tot de gewenste afmetingen, pas de want en brei tot de gewenste lengte op de duim.
Brei 2 naalden in tricotsteek terwijl alle steken 2 aan 2 worden samengebreid op beide naalden = 3- 3 steken over. Knip het garen af en haal het door de overgebleven steken, trek samen en hecht af. De duim meet ongeveer 7-8 cm.

RECHTER WANT:
Zet hetzelfde aantal steken op als op de linker want en brei boordsteek in de rondte op dezelfde manier als op de linker want voor 6 cm. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 7 mm en brei A.3 in de rondte op dezelfde manier als op de linker want.
Brei bij een hoogte van 12-13 cm, een opening voor de duim op de volgende naald als volgt: Brei 13-14 steken zoals hiervoor, zet de volgende 5-6 steken op 1 hulpdraad voor de duim, zet 5-6 nieuwe steken op de naald over de steek op de hulpdraad, en brei de overgebleven 6-6 steken zoals hiervoor = 24-26 steken op de naalden.
Brei de rest van de want op dezelfde manier als de linker want.

DUIM:
Brei op dezelfde manier als de duim op de linker want.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 214-23

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (10)

country flag Lisbet Peirup wrote:

Hej Vedr. strikkeprøve: Hvilket nummer pind er prøven beregnet fra (6 eller 7)? Og er det altid sådan, den største henholdsvis den mindste?

03.03.2023 - 16:53

DROPS Design answered:

Hei Lisbeth. Som regel er det den største pinne str, ja. Den minste brukes som oftes til vrangbord. Strikkefastheten regnes ut fra det plagget strikkes i (ikke vrangbord eller halskant eller lign). mvh DROPS Design

06.03.2023 - 14:26

country flag Patti Latimer wrote:

This English version does not show the A1-A3 Diagrams for some reason- though I found it by referring back to the original (German?) pattern. I am a newish knitter so thank you for all the great free patterns!

04.11.2022 - 19:39

country flag Laura Bartling wrote:

I am working the first mitten and I am confused regarding the thumb hole. The instructions say to cast on 5-6 new stitches on needle over the stitches on the stitch holder. I think that means to cast on to the working needle but would like confirmation.

02.11.2022 - 17:05

DROPS Design answered:

Hi Laura, Yes, you cast onto the working needle. Happy knitting!

03.11.2022 - 07:01

country flag Sharon wrote:

Hi! Having problems with the increase at the shoulders. Did the increases, but I don’t know if am doing this correctly. One eks is where it says to increase after marked nr 1. Would this be at the end of the round. Thanks for your help.

04.01.2022 - 23:27

DROPS Design answered:

Dear Sharon, the first marker is at the beginning of the round and you will increase at the beginning of the round, ie right after first marker. Happy knitting!

05.01.2022 - 08:16

country flag Sharon wrote:

Hi, started the neckwarmer just now. After knitting P2 k1 over 20 stitches and then knitting P2 K1 over 26 stitches I have 12 stitches left. How do I work these 12 stitches stitches? The instructs says to p2 k1 over remaining 6 sts, but there is 12 remaining. Double checked and I do have 58 stitches. Thanks for your quick response.

03.01.2022 - 21:44

DROPS Design answered:

Dear Sharon, work the 58 sts as follows: the first 20 sts in rib (P1, K1), then purl 2, knit 1, work the next 26 sts in rib (P1, K1), purl 2, knit 1 and work the last 6 sts in rib (P1, K1) = 20+2+1+26+2+1+6=58 sts. Happy knitting!

04.01.2022 - 07:24

country flag Kjersti Kristiansen wrote:

Hei Jeg forsto plutselig hva jeg tenkte feil! Jeg strikker rundt og da er jo alt på retten! Beklager. Kjersti

07.12.2021 - 22:06

country flag Kjersti Kristiansen wrote:

Hei Jeg skjønner ikke mønsteret A1. På bildet av luen ser det ut som det er 2 omg rett, vrang over hverandre, men om man skal følge mønsteret helt vil det bli en omgang v, r, så en omgang rett igjen... det blir motsatt på de vrange og likt på de rette. Leser jeg mønsteret feil? Kjersti

07.12.2021 - 22:02

DROPS Design answered:

Hej Kjersti, godt at høre at du fandt ud af det - god fornøjelse :)

08.12.2021 - 08:21

country flag Sabine wrote:

Hallo, es gibt zwei Größen , aber die Skizze mit den Abmessungen scheint zu fehlen. Wie breit sind denn die beiden Größen jeweils?

10.10.2021 - 22:07

DROPS Design answered:

Liebe Sabine, es gibt beim Kragenschal keine Maßskizze; Vorder- und Rückenteil sind mit 37-41 Maschen ca 34-45 cm breit. Viel Spaß beim stricken!

11.10.2021 - 07:59

country flag Katia wrote:

Hello! I am knitting the beginning of neck warmer, size L. It says here:Cast on 58 stitches. and then it says, work rib 20 stitches + 26 stitches + 6 stitches = 52 stitches! How many should it be, please help!?

13.02.2021 - 21:11

DROPS Design answered:

Hi Katia, There are 20 stitches in rib, then purl 2, knit 1, 26 stitches in rib , purl 2, knit 1 and rib over the final 6 stitches. This adds up to 58 stitches, Happy knitting!

15.02.2021 - 08:00

country flag Diane Villeneuve wrote:

Pour le modèle Cocoa Beans no : ee-709 , J'ai fait le bonnet il est parfait. Je suis rendue au plastron mais je ne saisie pas le départ ? au dessus? et les 6 dernières mailles.

13.01.2021 - 01:31

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Villeneuve, tricoter *1 maille envers, 1 maille endroit* au-dessus des 18 premières mailles signifie tricoter les 18 premières mailles en côtes 1 maille envers/1 maille endroit. De même pour les 6 dernières mailles que vous allez tricoter en répétant de *-* autrement dit en côtes (1 maille envers, 1 maille endroit) x 3. Bon tricot!

13.01.2021 - 07:29